In de afgelopen paar jaar ben ik meerdere keren opgenomen geweest in een kliniek. Een aantal keer een crisisopname, maar ook een keer voor een intensieve klinische behandeling. Ik weet nog hoe ik op die momenten weleens verlangde om gewoon even thuis te zijn zonder al dat ge-therapie en die mensen om me heen. Eenmaal thuis miste ik de kliniek echter al snel en wist ik niet hoe snel ik weer terug moest. Soms is dat verlangen om weer opgenomen te zijn er nog steeds. Hoe komt dat toch?
Hoewel ik de kliniek in het begin echt geen fijne plek vond, veranderde dit door de tijd heen en werd het bijna mijn tweede thuis. Het voelde er heel veilig, iets wat ik thuis nooit had ervaren en op dat moment ook niet vond in mijn studentenhuis. Ik mocht zijn wie ik was, hoe slecht ik me ook voelde, hoe depressief ik ook was. Het was de eerste plek waar ik hardop durfde te zeggen dat ik dood wilde zonder dat dat veroordeeld werd. De verpleging was er altijd en had begrip voor bijna alles.
Elke dag werd wel een paar keer oprecht gevraagd hoe het met me ging, door behandelaren maar ook door groepsgenoten. Mensen uit de groep droegen vaak ook bij aan het gevoel van veiligheid en geborgenheid. We zaten allemaal in hetzelfde schuitje en hadden daarom aan twee woorden genoeg. De herkenning was zo fijn, dat had en heb ik thuis niet.
Tot slot gaf een kliniek ook structuur door de dagplanning die er was. Ik wist precies wat er die dag zou gaan gebeuren en kreeg daardoor een gevoel van controle. Ik werd eindelijk niet meer ‘s ochtends wakker met de vraag hoe ik de dag weer moest overleven, dat stond immers al vast.
Vreemd eigenlijk dat ik toen dacht controle te hebben, want in feite had ik nergens controle over. Alles werd bepaald: hoe laat ik op moest staan, hoe laat ik de huiskamer moest zitten, hoe laat de eerste therapie begon, waar ik zat aan tafel en op welke stoel, hoe laat ik ging eten en wat ik ging eten. Dat is alles behalve controle.
Als ik nu thuis ben en weer eens terug denk aan veilige plek in de kliniek, dan probeer ik te bedenken dat de kliniek een hele fijne en omgeving kán lijken, maar het eigenlijk niet echt is. Er zitten behoorlijk wat nadelen aan het opgenomen zijn in een kliniek. Zo wordt je verantwoordelijkheid grotendeels uit handen genomen doordat alles bepaald wordt door de regels van de kliniek. Even kan dat fijn zijn, maar uiteindelijk geeft het je een minderwaardig gevoel als jouw enige verantwoordelijkheid planten water geven is.
Die groepsgenoten zijn echt wel fijn, maar kunnen soms ook mega irritant zijn met al hun problemen. Doordat je allemaal met hetzelfde zit, gaat het alleen maar over ziek zijn en therapie in plaats van over de normale dingen in het leven. Daarnaast ben je nooit echt alleen, behalve op je saaie kamertje met harde bed. Het eten is vaak niet lekker en werkelijk óveral wordt een punt van gemaakt. Als je op een dag besluit zonder bijzondere reden een keer vroeg naar bed te gaan, dan moet dit de volgende dag direct besproken worden tijdens de groepstherapie, want dan zal er wel iets met je zijn. Kortom, alles wordt vertherapeutiseerd. Idealiseer het fijne leventje in de kliniek dus vooral niet, maar kijk ook wat de nadelen ervan zijn.
De realiteit is wel dat een kliniek echt veel veiligheid en een gevoel van geborgenheid kan geven wat je mist als je eenmaal weer thuis bent. Die overgang kan heel moeilijk zijn. Besef je dan vooral dat je wellicht niet zozeer behoefte hebt aan een opname, maar vooral aan die verschillende aspecten daarvan zoals veiligheid, structuur, een luisterend oor, je begrepen voelen etc. Kijk hoe je dit in je leven thuis kunt voegen zodat je je ook in je eigen omgeving steeds prettiger gaat voelen.
Maak van je huis een gezellig en warm plekje waar je graag naartoe gaat en kijk of er mensen in je omgeving zijn bij wie je je verhaal kwijt kan. Misschien zijn dat zelfs wel oude groepsgenoten uit de kliniek die je dan kunt ontmoeten in een veel ‘’gezondere” setting. Bouw een netwerk om je heen van mensen bij je terecht kunt en kijk wat er voor jou nodig is om thuis ook tot een echt thuis te maken, waardoor het leven in een kliniek steeds minder aantrekkelijk zal worden. Vrijheid, onafhankelijkheid, een zelfstandig mens zijn met verantwoordelijkheden, dat zijn zaken die écht veiligheid bieden.
Hoe heb jij de tijd in de kliniek ervaren?
Geef een reactie