Mijn eerste crashdieet meer dan twintig jaar geleden was het begin van een lange reeks diëten. Ik ontpopte mezelf tot een enorme jojo’er met een bmi dat heel erg schommelde. Het lukte me steeds om veel gewicht te verliezen, maar het kwam altijd in volle vaart weer terug. Gaandeweg ging ik het eten steeds vaker gebruiken om mijn emoties de baas te zijn. Doordat ik hoog sensitief ben en steeds meer (faal)angst ontwikkelde, zodat alles wat ik zei en deed veel spanning bij me opriep, draaiden mijn emoties overuren. Om deze hoogoplopende spanningen te verlagen, verdoofde ik ze met eetbuien waarin ik mezelf en mijn gevoelsleven voor even kon verliezen. Zo ontstond de emotie-eter in mij.
Geleidelijk aan ontwikkelde zich een dwangmatig overeter. Waar ik tijdens het emotie-eten nog stopte met eten zodra ik heel vol zat, at ik nog een stuk verder toen er een eetmonster in mij ontstond. Een foodjunk noem ik het. Het emotie-eten groeide uit tot eten vanuit dwang. Dat resulteerde in een leven dat beheerst werd door mijn overgewicht, mijn onvermogen om blijvend af te vallen, doorlopende dwangmatige eetgedachten en eetbuien.
Een eetverslaving noem ik mijn eetbuistoornis ook wel, of eigenlijk een (di)eetverslaving. Want ik kampte met periodes waarin ik me volledig overat, maar ook met periodes waarin ik (zelfbedachte) crashdiëten volgde. Deze periodes van vasten waren niet zozeer gerelateerd aan de eetbuistoornis, hadden eerder kenmerken van andere eetstoornissen in zich. Ik woog geen dag hetzelfde. Ik werd een groots jojo’er.
Het leek wel een kansspel waar ik me onvrijwillig voor had aangemeld en waarvan de maandelijkse inleg zo rond de vijf tot tien kilo bedroeg. Sometimes you win some, sometimes you lose some. Dat was zo’n beetje mijn opgedrongen gewichtsmotto. De hoge pieken en dalen daargelaten, want het werd tevens een terugkerend ritueel om in een aantal maanden tientallen kilo’s af te vallen of juist aan te komen. Het is geen pretje om in drie of vier maanden dertig kilo aan te komen. Dat is zwaar, zowel fysiek als mentaal. Maar omdat niemand van mijn eetbuien afwist, stond ik iedere ochtend weer netjes op en deed ik naar de buitenwereld toe alsof er niets aan de hand is. ‘Ach ja, ik ben weer behoorlijk aangekomen. Je kent me, hè? Een jojo’er in hart en nieren. Een echte Bourgondiër!’
De ontwikkeling naar het dwangmatige overeten komt door een combinatie van factoren waaronder (faal)angst, perfectionisme en een laag zelfbeeld wat veel spanningen met zich meebracht. Vanuit mijn karakter was ik altijd al onzeker. Mijn overgewicht en later mijn eetprobleem hebben die gevoelens van onzekerheid nog meer versterkt.
Mijn verslavingsgevoelige aard heeft zijn pijlen waarschijnlijk op eten gericht door mijn overgewicht en innerlijke lekkerbek. Ik ben een lekkerbek, maar ik kan geen maat houden: als er een tafel vol met eten staat, dan voel ik de drang om door te eten. Bij mij is het alles of niets. De grens tussen overeten uit lekkere trek en overeten vanuit een dwangmatigheid is bij mij snel vervaagd. En zodra de foodjunk in mij het overneemt, raak ik mezelf kwijt en heb ik nog maar één doel: zo veel mogelijk voedsel naar binnen zien te krijgen. Dan heb ik het over zo’n vijf- tot tienduizend calorieën binnen korte tijd, een aantal uur.
Ik kampte ook met periodes waarin ik niet zozeer eetbuien ervoer maar waarin ik de gehele dag door kon overeten. Tijdens die overeetperiodes at ik vrijwel niets gezonds, dan mocht ik van mezelf alleen eetbuivoedsel eten. Ondertussen was ik tegelijkertijd bezig om overgewicht te verliezen. Tussen al het overeten door, volgde ik alle crashdiëten die er maar bestaan. Of ik verzon zelfbedachte diëten. Dat deed ik altijd met veel succes maar altijd weer kwam er een moment waarop ik het niet meer volhield. Zodra ik ook maar iets at wat niet in mijn crashdieet thuishoorde, kreeg ik de gedachte: vandaag is het dieet toch al verpest, nu moet ik een hele eetbui krijgen en dan kan ik morgen weer verder met het dieet. En ook in de periodes voorafgaand aan een nieuw dieet fluisterde mijn eetmonster me alles-of-niets-gedachten in: ‘Vandaag moet ik alles nog eten, want morgen ga ik lijnen.’ ‘Komende dagen doe ik me tegoed aan alles wat ik bij mijn volgende dieet niet meer mag eten.’ Mijn crashdiëten hebben mijn foodjunk dus alleen maar gevoed.
In de buitenwereld deed ik alsof er niks aan de hand was. Buiten mijn gewichtsschommelingen om kon je niet zo veel aan me merken. Mijn omgeving kent mij niet anders als een jojo’er en als iemand die eindeloos op dieet is. Ik deed me voor als een verstandig en gezond burger die aangaf aan de lijn te zijn en die zich onthield van alle taartjes en snacks. Niemand vermoedde dat ik na die leuke verjaardag waarop ik gezellig met iedereen een praatje had gemaakt, om twaalf uur ‘s nachts nog naar de McDonalds, nachtwinkel of benzinepomp reed om mezelf vol te proppen. En wat waren dat eenzame ritjes. Eetbuien zijn niet lekker. En je voelt je erna zo ellendig en misselijk. Net zo rot waren de ritjes naar de supermarkt, in gespannen toestand op zoek naar eetbuienvoedsel. En daar heb ik er meer dan duizend, waarschijnlijk zelfs wel tweeduizend, van meegemaakt in de afgelopen jaren.
Om je heen zie je allemaal ‘normale’ mensen die hun boodschapjes doen en alhoewel je je eigen extreme eetgedrag ontkent, weet je dondersgoed hoe ‘anders’ jij bent en hoe eenzaam dit gedrag je maakt. Net zo vaak als deze supermarkttripjes, heb ik alles aan eetbuienvoedsel wat ik nog over had, diezelfde avond in de container gekieperd, met als heilig voornemen me de volgende dag aan een crashdieet te gaan houden.
Iedere keer nadat ik weer wat tot mijn positieven was gekomen na een eetbui, nam ik mij voor dat het de laatste keer was dat ik mij zo liet gaan. Het klinkt echt heel gek, maar al die keren dat ik ‘s avonds laat naar de container liep, samen met m’n restjes aan eetbuienvoedsel, dacht ik oprecht dat het de laatste keer zou zijn. Maar altijd weer bleek dat eetmonster uiteindelijk toch op de loer te liggen. En haalde ik de volgende dag de gehele keuken overhoop om te kijken of er niet toch nog ergens wat aan eetbuivoedsel aanwezig was.
Zonder dat mijn omgeving het wist was ik geobsedeerd door eten; een foodjunk die er alles aan deed om zijn verslaving verborgen te houden. M’n naasten zagen wel dat ik ongelukkig en somber was maar ze begrepen ook niet precies wat er met me aan de hand was. Als ze er met me over wilde praten ontkende ik dat ik m’n eetgedrag niet meer onder controle had. Ik leerde leven met m’n eetverslaving en heb m’n verstoorde eetgedrag ook heel lang voor mezelf kunnen ontkennen.
Ik heb daarnaast heel lang gelogen tegen mijn omgeving over mijn eetbuien en omdat ik niet toe durfde te geven hoezeer ik zat met mijn schommelende gewicht. Ik heb vaak sociale bezigheden afgehouden of afgezegd omdat ik liever in m’n eentje wilde eten of mij gewoonweg niet durfde te vertonen vanwege mijn overgewicht, en meestal ook omdat ik weer zo veel was aangekomen in vergelijking met de vorige keer dat ik diezelfde mensen zag. Mijn schommelende gewicht zorgde ervoor dat mijn leven steeds weer anders was. Ik paste mijn leven aan op mijn gewicht. Waardoor ik mezelf uiteindelijk helemaal kwijtraakte. In mijn ‘lichtere’ periodes ging ik naar het strand, ondernam ik gezellige en actieve uitstapjes en was ik sportief. Tijdens mijn zwaardere fases stortte ik me op mijn werk en studies en bleef ik vooral binnenshuis.
Toen ik jonger was, kreeg ik nog weleens vervelende opmerkingen of ‘grapjes’ te horen vanwege mijn gewicht. Door vreemden, veelal jongeren, op straat of bijvoorbeeld in uitgaansgelegenheden. Met mijn 1 meter 83 en overgewicht viel ik ook nogal op, ik kon me niet verstoppen op een dansvloer. Het heeft er toe geleid dat ik me steeds meer ging schamen voor mijn overgewicht en eraan meegewerkt dat ik een eetstoornis ontwikkelde. Vaak voel ik me nog steeds gespannen in situaties waarin ik vroeger vervelende opmerkingen te horen kreeg omdat ik bang ben dat het wederom gebeurt.
De uitwerking van m’n eetgedrag was merkbaar op verschillende gebieden in mijn leven zoals relaties, vrijetijdsbesteding en gezondheid. Zo heb ik jarenlang met (de gevolgen van) slaapapneu rondgelopen zonder er hulp voor te durven zoeken omdat overgewicht daar een grote veroorzaker van is, en ik me daar zo voor schaamde.
Uiteindelijk, door een aan mijn eetgedrag gerelateerde burn-out, verloor ik mijn baan. Ik vond dat mijn eetstoornis mijn eigen schuld was en ik vond het mezelf niet waard om in de ziektewet te gaan, dat verdiende ik niet. Daarbij schaamde ik me zo voor mijn eetbuien dat ik het niet durfde te vertellen aan mijn leidinggevende. Ik had daarnaast het gevoel dat hij me nooit serieus zou nemen, dat ik een reactie zou krijgen als: je wilt je ziek melden omdat je eetbuien hebt? Nou, dan eet je toch gewoon wat minder! Ik nam ontslag. Het was het moeilijkste moment van mijn eetstoornis; toegeven dat ik mijn werk niet meer aankon. Mijn werk was altijd heel belangrijk voor me, ik was heel ambitieus en had (leidinggevende) banen met veel verantwoordelijkheid, iets waar ik m’n enige beetje zelfvertrouwen uit kon halen.
Ik heb verschillende vormen van therapie gevolgd. Daarnaast ben ik naar meetings voor overeaters geweest en heb daar het Minnesota twaalfstappenmodel gevolgd bij. Dat was al in 2008. Jaren geleden was er vrijwel geen informatie te vinden over eetverslavingen. Het klinkt misschien vreemd, maar voordat ik deze meetings op het internet vond, had ik nog niet eerder van de term eetverslaving gehoord. Laat staan van de term binge eating disorder, pas ver halverwege mijn herstel kwam ik erachter dat ik daaraan leed.
Toen ik naar die meetings ging, voelde ik mij voor het eerst thuis. Eindelijk mensen die hetzelfde hadden als ik. Tegelijkertijd vond ik het toen nog zo ontzettend knullig klinken. Ik vond mijn eetverslaving eigenlijk maar een lachertje. Ik was ook zo kwaad op mezelf, dat ik dan weer aan, in mijn ogen, zoiets onbenulligs als eten verslaafd kon raken. Vanaf dat moment zette mijn herstel, een periode van meerdere jaren, voorzichtig in. Ik was op dat moment nog niet eraan toe om werkelijk te herstellen, maar het inzicht dat ik aan een verslaving leed, kon ik niet meer negeren.
Er was jaren terug nog zo weinig informatie beschikbaar over binge eating. Medici en hulpverleners herkenden het ook niet bij me, terwijl ik toch verschillende malen voor mijn gewichtsproblemen hulp heb gehad. Dat er achter obesitas een eetstoornis kan zitten, daar is soms nog onvoldoende kennis over. Ik heb er ruim vijftien jaar mee rondgelopen en het ging van kwaad tot erger. Daarom vind ik het heel goed dat de eetbuistoornis sinds 2013 apart is beschreven in het Handboek voor de classificatie van psychische stoornissen. Want de juiste hulpverlening en kennis bestaan wel, maar zijn nog te onbekend.
Mijn herstel gaat gepaard met de nodige ups-and-downs. Door de therapie ben ik mijn emoties meer gaan voelen in plaats van ze altijd maar weg te eten, waardoor mijn (faal)angsten in eerste instantie nog sterker werden. Nadat ik weer wat meer tot mezelf was gekomen, drong het pas tot me door hoe destructief ik al die jaren bezig ben geweest. Ik heb nooit zo veel van mezelf gehouden en toen ik dat wel ging doen, realiseerde ik me dat ik zo veel meer waard was dan mijn eetstoornis me deed denken. Ik leerde meer zelfwaardering voor mezelf te hebben, mezelf waardevol te vinden. Het gevoel van ‘wat heb ik mezelf aangedaan?’ kwam opeens bij me binnen.
Mijn boek Die eetbuien was net uitgekomen, ik was al geruime tijd eetbuivrij en ik had zin in een nieuwe toekomst. Maar opeens kwam die hele hoop verdriet eruit. Ik heb maandenlang huilmomenten gehad. Het was denk ik een verwerking van mijn leven met een eetstoornis. Ik ben een jaar lang eetbuivrij geweest, helaas viel ik toch weer terug in mijn oude eetgedrag. Mijn (faal)angsten en spanningen belemmerde mij nog om op een gezonde wijze met emoties om te kunnen gaan en een eetbuivrij leven te kunnen leiden. Daardoor heb ik ervaren hoe belangrijk het is om voldoende aan de slag te gaan met de achterliggende problematiek. Ik heb er dan ook alle vertrouwen in dat ik binnenkort de eetbuien echt helemaal achter me kan laten.
Het verhaal van Judith dat zij hierboven beschrijft is een ander verhaal dan je in haar boek ”Die eetbuien” kunt lezen. Op de achterkant van het boek staat:
”Het leven van een enorme jojo’er die in de ban is van diëten en overeten gaat neit over rozen. Dit feit wordt in dit boek maar al te duidelijk aan de hand van anekdotes die zowel grappig als droevig tegelijk zijn. Bij de hoofdpersoon van dit verhaal schuilt achter het telkens afvallen en aankomen van tientallen kilo’s nog een ander probleem: een hardnekkige eetbuistoornis. In de tweede helft van dit boek komt duidelijk naar voren hoe een eetbuistoornis kan ontstaan en de mogelijke werking ervan. Op verhelderende wijze wordt een beschouwend zicht geboden in de gedachten, gevoelens en gedragingen van een dwangmatig overeter. En evenzo belangrijk biedt dit boek handvatten voor herstel met behulp van het tienstappenmodel van Novarum, en centrum gespecialiseerd in hulp bij eetstoornissen en obesitas.”
WIN! Wil je het boek van Judith ook lezen? Laat dan je reactie achter onder deze blog en stuur een mailtje met met je naam, de naam waarmee je hebt gereageerd en je adres naar win@proud2Bme.nl. Je kunt het boek ook hier kopen via bol.com.
Geef een reactie