Altijd al wilde ik de beste zijn. Op de basisschool al. Ik wilde degene zijn met het hoogste cijfer. En met rekenen maakte ik er een wedstrijdje van om als eerste mijn rekenwerk ingeleverd te hebben. Het leven leek voor mij wel een grote wedstrijd.
Ook qua gewicht wilde ik de beste zijn. Op de basisschool had je wel eens een spelletje waarbij één kind op een mat moest liggen, en de rest van het groepje kinderen de mat met het kind naar de overkant van de zaal moesten tillen. Om voor de hand liggende redenen werd dan het lichtste kind gekozen, en vaak was ik dat. Dat had er deel mee te maken dat ik korter was dan de rest, maar toch was ik daar als kind trots op. Toen al voelde het belonend om te winnen in het zijn van het lichtste kind. Of we wonnen met het gymspelletje zelf, maakte mij dan niet eens zoveel meer uit…
Simone heeft meerdere gastblogs geschreven voor Proud2Bme over eetstoornisherstel, haar eigen ervaringen en geloof. Je vindt haar blogs onder de hashtag ‘Simone Blogt’.
Op de middelbare school ging ik steeds meer vergelijken, vooral op het gebied van cijfers en op het gebied van gewicht. Ik denk dat daar mijn focus lag, omdat het zo lekker concreet is. Getallen hebben mij altijd aangegrepen. Of dat getal nu het cijfer op mijn toets was of mijn gewicht: ik hield van die duidelijkheid die getallen hebben. Misschien dacht ik dat ik er daardoor ook duidelijk mijn waarde aan af kon meten.
De beste willen zijn, maakte mij uiteindelijk een grote verliezer, toen ik wegviel in een eetstoornis. Steeds meer afvallen maakte niet dat ik won, het maakte dat ik verloor. En ik verloor niet alleen gewicht, ik verloor mijn blijdschap, mijn levenslust, mijn mens zijn. Ik beet mij vast in het verliezen van gewicht, alsof het een wedstrijd was. Maar het leven is geen wedstrijd en prestaties maken je niet tot wie je bent.
Het heeft mij jaren gekost om te leren niet de beste te willen zijn. Nog steeds is het nog wel eens lastig als een ander iets beter doet dan ik. Maar langzaam leer ik dat mijn waarde niet zit in presteren. Dat mijn waarde niet bepaald wordt door iets dat ik doe. Dat ik er alleen maar hoef te zijn. En wat geeft dat een vrijheid.
Ik ben tante van een aantal hele lieve kinderen. En misschien zijn deze prachtige kinderen nog wel degenen die mij het meest geleerd hebben dat presteren er echt niet toe doet. Als een kindje geboren wordt, zo’n lief klein baby’tje, en ik kijk het in de ogen, dan is alles wat ik voel liefde. Niet omdat een baby ook maar iets gedaan heeft, maar gewoon omdat dit kindje er is. Om hoe het mij aankijkt met die prachtige, wijd opengesperde ogen.
En dan ineens weet ik dat het leven niet gaan om presteren. Dat het niet gaat om de beste zijn. Een baby heeft nog niets gedaan of gepresteerd, en toch voel ik bij geen mens zo sterk de waarde, als bij zo’n lief, klein kindje. Onze waarde ligt niet in onze prestaties, maar in ons zijn.
Elke dag opnieuw probeer ik kind te zijn. Waardevol om wie ik ben en niet om wat ik doe. Ik voel mij een kind van God, die elke dag door hem gezien wordt en geliefd wordt. Zonder dat ik hoef te presteren. God kijkt naar mij met nog veel meer liefde, als hoe ik naar zo’n klein baby kijk. Persoonlijk geloof ik dat God mij juist vraagt om te stoppen met presteren, zodat ik weer kind kan worden. Zodat ik kan leven in vreugde en vrijheid. En alleen maar terug hoef te staren in de ogen van een God die mij oneindig liefheeft. Ik ben waardevol omdat God mij waardevol vindt.
Herken je het gevoel van de beste willen zijn? En hoe ga jij daar mee om?
Geef een reactie