Ik wil sterk zijn

Als ik teruglees in mijn oude dagboeken lees ik over een kwetsbaar meisje dat heel sterk en stoer over wil komen. Niet alleen naar haar omgeving, maar ook naar haarzelf. Ik begrijp het meisje wel. Ze zat in de puberteit en had een eetstoornis. Het was een onzekere periode in haar leven en het voelde alsof ze alles verkeerd deed. Als ik m’n eigen woorden in de dagboeken lees zie ik een alter ego terug dat ik voor mezelf had gecreëerd. Een laagje om me heen, maar een laagje vol barsten. Hoe dikker en harder het laagje, hoe meer barsten er in leken te komen, want dat gebeurt er met dingen die uitharden. Ik voelde me zo kwetsbaar, maar ik wilde gewoon sterk zijn.

Sterk zijn? Wat is dat eigenlijk. In mijn ogen destijds was je sterk als je niet geraakt kon worden door andere mensen. Ik besloot dat het daarom beter was om een afstand te creëren. Wie een klap niet kan incasseren, zoals ik dacht te zijn, kon je maak beter die klap vermijden. In m’n dagboeken lees ik hoe ik constant heen en weer geslingerd wordt tussen mijn gevoelige en sociale karakter en de wens om juist afstandelijk te zijn. Ik ben helemaal geen afstandelijk mens. Het maakte mij helemaal niet gelukkiger. Wat heb je eraan dat anderen jou niet kunnen raken als je jezelf wel steeds pijn blijft doen?

Bovendien voelde ik me vaak eenzaam. De muur die ik om me heen had gebouwd hield niet alleen negatieve ervaringen op afstand, maar ook positieve ervaringen. Je verbonden voelen met je omgeving is juist iets heel belangrijks voor mensen. Deze verbintenis kan er voor iedereen heel anders uitzien, maar ik denk dat het er voor niemand uitziet als een grote, grijze muur om je heen en jij in je eentje daarbinnen.

Toch voelt het afbreken van die muur ontzettend kwetsbaar. Je geeft mensen de kans om naar je toe te kunnen komen. Dat betekent dus ook dat ze je pijn zouden kunnen doen of erger… Dat ze helemaal niet naar je toekomen. Dit doet me een beetje denken aan de keer dat ik een tongpiercing had laten zetten. Als eigenwijze puber kon ik toch zeker zelf wel bepalen wat ik wel en niet met mijn lichaam wilde doen. Daar dacht mijn vader wel anders over, maar in plaats van boos te worden had hij de hele dag niet meer tegen me gesproken.

Hij was helemaal in zijn recht om het niet leuk te vinden. Dat snap ik vanuit zijn perspectief best wel goed, maar toch heeft dit behoorlijk mijn ogen geopend. Ik had liever dat iemand boos op me werd dan dat iemand me negeerde. Als iemand boos wordt wil dat tenminste nog zeggen dat de situatie voor diegene belangrijk is. Dat ik voor diegene belangrijk ben om wat voor reden dan ook, maar dat ik genegeerd werd, dat gaf me het gevoel dat ik echt niet goed genoeg was. Dat ik niet meer mocht doen, niet meer telde en dan kom je weer uit bij die verbintenis.

Het is zo belangrijk voor ons mensen om ons verbonden te voelen, maar om ons ook daadwerkelijk verbonden te voelen moeten we ons wel kwetsbaar op durven stellen. In die zin heeft verbintenis te maken met gezien worden. Ook die kwetsbaarheid mag gezien worden om je meer verbonden te voelen. Dat is heel eng. Je zal misschien wel eens ervaren hebben dat je iemand je (bewust of onbewust) pijn heeft gedaan na het tonen van je kwetsbaarheid. Misschien heb je je vanaf dat moment wel voorgenomen om niet meer je kwetsbaarheid te tonen. Dat is heel begrijpelijk, maar het betekent ook dat je jezelf afsluit, wat ook weer negatieve gevolgen heeft.

Het is heel rot, maar helaas ervaren we allemaal wel eens pijn en verdriet in ons leven. Echter betekent dat niet dat dat het enige is dat er bestaat of dat het altijd zo zal zijn. Hoe eng het na zo’n ervaring ook is om je weer kwetsbaar op te stellen, is die kwetsbaarheid wel heel waardevol en biedt het ook weer een kans om nieuwe, positieve ervaringen op te doen. Kwetsbaarheid heeft namelijk ook zo zo’n voordelen. Het maakt ons bijvoorbeeld menselijk, het zorgt voor begrip, het helpt je de juiste mensen aan te trekken, het versterkt relaties, het helpt dingen te verwerken, je leert jezelf en de ander beter kennen en het kan zorgen voor steun. Daarover lees je meer in deze blog

Dus even terug naar dat sterk zijn… Wat betekent dat nou eigenlijk en wat is de functie er van? Ik ken mensen om me heen die ontzettend sterk zijn, altijd maar door gaan en zich niet zo snel laten kennen. Toch krijg ik dan een beetje het gevoel dat je ook ‘te sterk’ zou kunnen zijn. Zou het niet fijn zijn om ook even te kunnen ontspannen? Zou het niet fijn zijn om ook gewoon even te mogen zijn zonder dat je je groot hoeft te houden? Dat jij ook even een knuffel mag ontvangen en steun mag vragen. Het maakt het leven denk ik zo veel makkelijker en bovendien voel je je veel meer verbonden met de mensen om je heen als je je het niet allemaal alleen hoeft te doen. Niet alleen de steun, maar juist ook de verbintenis is belangrijk. 

Sterker nog, als ik heel eerlijk ben vind ik het juist ontzettend sterk als mensen die kwetsbaarheden durven laten zien, maar aan de andere kant: Is het helpend om te denken in sterk en zwak? Zijn we niet gewoon zoals we zijn? Hebben we sterkte en zwakke kanten en kunnen we elkaar daarin helpen, steunen en aanvullen? Van sterk zijn word je niet per se gelukkig, van je verbonden voelen wel. Daar is kwetsbaarheid voor nodig. Helemaal mogen zijn. Dat is mijn ervaring. Daar vind ik mijn kracht in. 

Irene

Geschreven door Irene

Reacties

2 reacties op “Ik wil sterk zijn”

  1. Mooi geschreven en helemaal mee eens!

    Maar wat is het moeilijk als je wel kwetsbaar wilt zijn, maar je ‘sterke’ kant nog te sterk is om kwetsbaar te zijn…

  2. Heel mooi omschreven!

    Zo ben ik doof en heb dat altijd verborgen. Vooral door mijn ouders. ‘Wie niet luisteren wil, zal maar voelen"’.(geloof me dat heb ik gevoeld)

    Sinds een paar jaar geef ik nu ook tekst en uitleg op werk. Dit is de situatie zus en zo vind ik wel of niet fijn.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *