Ik wilde kind blijven

Onderin mijn boekenkast staan 5 dikke fotoalbums. Elk album volgeplakt met meer dan honderd foto’s. Honderden herinneringen aan mijn jeugd, de periode dat ik nog klein was. Toen ik nog onbezorgd was, nergens het kwaad van inzag. Toen ik nog dacht dat het leven altijd mooi en fijn zou zijn. Toen ik dacht dat ik altijd veilig en beschermd zou zijn.

Zo nu en dan blader ik een beetje door de dikke boeken. Soms zie ik een blije Lonneke, vaak achter een bord eten. Na een aantal albums verdwijnt die lach. De lach die zo typerend is voor een kind. Onbezorgd en gevuld met vreugde. Ik herinner me dat ik vanaf de basisschool niet meer dat kleine, blije meisje was. Ik huppelde niet meer, zong niet meer op de fiets naar school. Er was iets veranderd. Er was iets in mij kapot gegaan. 

Ik miste deze vreugde, de wil om te leven. Ook al was ik te jong om te begrijpen dat mijn thuis onveilig was, ik voelde dat er iets niet klopte. Ik voelde dat ik bij vriendinnen thuis vrijer kon bewegen dan thuis. Hoe meer ik leerde over mijn gevoelens en familie, hoe verdrietiger ik werd. Ik wilde dit helemaal niet, ik wilde niet oordelen, ik wilde dat verdriet niet voelen. Ik wilde terug naar mijn jonge ik, de Lonneke die dacht dat alles goed was. Die zich fijn voelde in het leven dat haar was gegeven.

Terwijl ik ouder werd, kwam ik in aanraking met misbruik, geweld en alcohol. Thema’s die mij nog lang zouden beïnvloeden. Dingen die misschien niet hadden gebeurd als ik een kind was geweest, althans, dat hield ik mijzelf voor.

Dingen die waarschijnlijk ook hadden gebeurd als ik kind was geweest, maar dan had ik ze misschien minder goed meegekregen. Dan was ik wellicht te jong geweest om te begrijpen wat het allemaal inhield. Misschien dat ik mijzelf zo wel had kunnen beschermen. 

Op de basisschool

Ik ontwikkelde ik een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Op dat moment zat ik op de basisschool. Mijn jongere zusje zat een paar klassen lager. Ik begon mij over haar te ontfermen. Gaf mijn pauze op om met haar naar de toilet te gaan. ik hield haar in de gaten als ze buiten speelde. Ik wilde dat ze veilig was. 

Ik begon meer na te denken. Ik kreeg het idee dat ik zelf verantwoordelijk was voor alles wat er was gebeurd. Ik maakte me zorgen en verkeerde continu in een angstige staat, ik was altijd op mijn hoede. De onbezorgde dagen lagen achter me en ik kon maar moeilijk verder. Ik had het idee dat er elke dag meer en meer bijkwam. Dat ik mij elke dag meer en meer moest verzetten tegen het leven wat ooit als dat van mij voelde. Ik raakte vervreemd van mijn eigen wereld. Alles wat ik dacht te kennen voelde onecht. Ik begon mij eenzamer te voelen, ik had het idee dat ik niemand echt kon vertrouwen. 

Al vrij jong had ik het idee dat ik mij moest ontfermen over mijn zusje en mijn moeder. Ik was misschien wat sneller opgegroeid dan eigenlijk nodig was geweest in andere situaties. Ik was geen kind meer, maar toch wilde ik ook niet volwassen worden. Misschien juist wel daarom. Mijn moeder had verdriet en mijn zusje geen vader. Ik had het idee dat het mijn taak was om iedereen gelukkig te houden, mijn moeder niet gebukt te laten gaan onder alles wat er allemaal was gebeurd. 

Wanneer ik mij wel naar mijn leeftijd gedroeg, voelde ik mij hier meteen ontzettend schuldig over. Het deed pijn om mijn moeder te zien. Ik zag hoe hard ze haar best deed voor ons en dat waardeerde ik. Maar ik bleef me echter wel intens verdrietig voelen als ik haar tijdens het zwemmen alleen op de tribune zag zitten tussen alle gelukkige moeders en vaders. Hoe ze ons alleen in haar eentje opwachtte en weer terug naar huis reed, om vervolgens aan tafel ons gezeur over de groentes aan te horen.

Hoe ze tot in den treure met ons schoenen ging kopen en wij elke keer net wat duurdere schoenen wilden maar ze die niet kon betalen. Hoe ze alleen in de winkel achterbleef, omringd met al die lege dozen. Nog steeds voel ik me schuldig als ik hier aan terugdenk. Ik gedroeg me toen kind eigen, naar mijn leeftijd, toch voelde ik haar verdriet vanaf het moment dat ik de winkel uitliep. Ook al heb ik uiteindelijk wel geholpen om alle schoenen weer terug in de schappen te zetten, toch was dit voor mij een duidelijk teken dat ik er echt voor mijn moeder moest zijn. Ik kon het me niet permitteren om mij als kind te gedragen, niet als ze zoveel andere dingen aan haar hoofd had. Ik kon haar dat niet aandoen. Ik moest gewoon even normaal doen. 

De middelbare school en later

Al eerder schreef ik de blog ‘voor als je bent aangeraakt.‘ Hier vertel ik hoe in een paar minuten mijn leven veranderde. Ik kreeg bijna borsten en ging hier hevig tegen in verzet. Ik wilde helemaal geen borsten. Dat betekende dus dat anderen ongevraagd hieraan mochten zitten, was mijn conclusie na dit moment. Met behulp van mijn eetstoornis probeerde ik mijzelf zo klein en jong mogelijk te houden. 

Ten tijden van de scheiding deelde mijn moeder veel met mij. Hoe het verliep, wat de advocaten zeiden, hoe het er in de rechtbank aan toeging. Ik was hier al een stukje ouder, maar ik denk nog steeds te jong om hiermee bezig te zijn. Toen ik in mijn eindexamen van de Mavo zat werk ik plots heel ziek. Ik bleek reuma te hebben en een secundaire vasculitis. Het heeft maanden geduurd voor de artsen tot een diagnose kwamen en in die maanden was ik, samen met mijn moeder, veel te vinden in het universitair ziekenhuis. Onderweg bespraken wij, of zij vooral, wat de notaris dit keer had gezegd, hoe de makelaar ons huis op de markt bracht en of ik al had nagedacht om aangifte te doen tegen mijn vader. Allemaal thema’s die voor een 15 jarige best zwaar zijn. 

Ook al waren dit best heftige thema’s voor een puber, toch voelde ik mij ergens ook wel trots. Ik was de vertrouwenspersoon van mijn moeder geworden. Ze zag me als een volwassene, een vol medemens. Ik was ervan overtuigd dat niemand in mijn klas zo volwassen met zijn of haar ouders konden praten. 

Toen kwam het moment dat ik zelf voor een vervolgopleiding moest gaan kiezen. Ook kwam hier automatisch de vraag of ik dan op kamer zou gaan. Voor mijzelf kiezen stond gelijk aan egoïsme. Egoïsme stond gelijk aan mijn vader en mijn vader was volwassen. In mijn hoofd vertaalde dit zich naar ‘ik mag niet volwassen worden.’ Ik was mij goed bewust dat ik op mijn vader zou kunnen lijken, maar tot nu toe was ik daar nog goed mee weggekomen. Toch bleef ik bang dat er een moment zou komen dat ik wel degelijk de gelijkenissen zou zien. Hoe meer verzet ik zou tonen tegen het volwassen worden, hoe minder snel ik daar achter zou komen.

Rouwen om het kind in mij

Als ik door de albums heen bladerde, schoten mijn gevoelens alle kanten op. Van verdrietig naar boos en van boos weer terug naar het verdriet. Boos op de situatie thuis, dat ik in die rol geforceerd werd. Het verdriet waarmee ik diezelfde boosheid probeer te verwerken. Ik rouwde om mijn jeugd, omdat het kind in mij al vroeg was gestorven, maar niemand afscheid kwam nemen. Ik huilde omdat ik het niet over kan doen. Ik huilde omdat ik soms precies kon aanwijzen waar ik kapot was gegaan.  

Ik raakte ervan overtuigd dat het beter zou zijn als ik even niet volwassen zou worden. Als ik even terugging naar het veilige gevoel wat ik vroeger wel degelijk ervoer, even de pijn en het verdriet niet meer voelen. Dat ik even terug kon naar die glimlach vol gemeend plezier. Dat ik weer blij achter dat bord met eten kon zitten. 

Tijdens mijn eetstoornis had ik niet verwacht dat ik hier nu dit stuk zou typen. Wetende dat ik nu weer zo ver ben dat ik echt oprecht blij achter een bord vol eten kan zitten. Alle overtuigingen die ik mijzelf als kind had aangepraat bleken in de loop der jaren helemaal niet waar te zijn. Daarbij leerde ik dat ik het ouder worden niet kan uitstellen. Ik moet er toch echt aan geloven dat ik elke dag weer een dagje ouder ben dan gister en nu ben ik hier oké mee. Ik heb geleerd dat ouder worden in stapjes gaat. Ik ben niet van de een op andere dag ineens heel volwassen. Nog steeds vind ik het soms spannend om verantwoordelijkheid te dragen maar ik ga het niet meer uit de weg.

De rol die ik deels zelf heb aangenomen toen ik jonger was, was een manier van mij om denk ik niet stil te staan bij mijn gevoelens. Ik zorgde voor anderen maar weigerde om voor mijzelf te zorgen. Opgroeien is iets waar iedereen denk ik wel een eigen tempo in heeft. In het verleden ging ik aan mijn tempo voorbij, waardoor ik als jong meisje mij bezighield met zaken die niet voor kinderen zijn. Ik ben hier een stuk serieuzer van geworden en vond mijn blowende klasgenoten maar stom. 

Hoe moeilijk ik het hier toen mee had, hoe dankbaar ik hier nu voor ben. Ik denk dat dit mij voor een groot deel heeft gevormd tot wie ik ben. Het is voor mij veel meer helpend om deze lessen mee te nemen dan mij hier rot over te voelen. Volwassen zijn betekent niet alleen maar ellende. Het zit ook vol met hele mooie uitdagingen en ervaringen die mij hebben laten inzien hoeveel het leven mij echt waard is.

Hoe kijk jij terug op je jeugd?


Wil je doorpraten over dit thema? Vanavond om 20:00 uur is de themachat ‘Bang om volwassen te worden’. Je bent welkom.

Lonneke

Geschreven door Lonneke

Reacties

8 reacties op “Ik wilde kind blijven”

  1. Ach lieverd……

  2. Wat mooi geschreven en pijnlijk herkenbaar, dat verantwoordelijkheidsgevoel en schuldgevoel tegenover je moeder. En wat goed dat je volwassen zijn nu ook vaak als iets moois kunt zien!

  3. heftig zeg wat je meegemaakt hebt

  4. Heel herkenbaar. Zelf heb ik van een soortgelijke situatie ook heel veel geleerd en daar probeer ik me aan vast te houden. Aan die lessen en aan mijn doorzettingsvermogen. We kunnen het!

  5. Kippenvel na het lezen van je verhaal..

  6. Lieve Lonneke. Wat een rauw, eerlijk verhaal. Heel erg bedankt, ook in hoe je vertelt dat er uiteindelijk dingen veranderden.

    En als alles was gebeurd als je nog jonger was, dan had het mogelijk alleen maar meer impact gehad. Al had het überhaupt nooit mogen gebeuren allemaal…

  7. Ik ben er de afgelopen enorm mee bezig geweest, de wens om klein te blijven, alsjeblieft nog heel even kind. Zo vaak voelde ik me als een klein kind dat moest doen alsof ze volwassen was. En uiteindelijk, na al die jaren, voel ik dat die wond nu eindelijk aan het genezen is. Wat mij enorm geholpen heeft is de schematherapie. Daarbij werk maak je onderscheid tussen het kwetsbare kind in jezelf, en de gezonde volwassene. Je bent allebei. En met jouw gezonde volwassene kun je voor jouw kwetsbare kind gaan zorgen. Kun je gaan zien wat je vroeger nodig had en daar zorg voor dragen. Ik krijg ook Imaginary Rescripting. Daarbij ga je terug naar een moment uit je kindertijd waarin je niet gezien bent of niet kreeg wat je nodig had, waar dingen gebeurden die je als kind niet kon begrijpen. En vervolgens vraagt de therapeut wat je toen nodig had en hoe je je voelde, en dan ga je naar de gezonde volwassene en stel je je voor wat je zou doen als je die situatie binnen kon stappen. Je vertelt jouw kwetsbare kind wat je toen nodig had om te horen. En met deze techniek kan ik eindelijk al die kinderlijke behoeftes gaan loslaten en in het verleden plaatsen. Alsof ik alle tabbladen aan onvervulde behoeftes eindelijk kan sluiten.
    Daarnaast leerde ik over het concept van emotional arrestedness. Een trauma kan een blokkade zijn die je letterlijk tot in je hersenontwikkeling tegenhoudt om verder te ontwikkelen. Je blijft steken in de tijd, bevroren in het moment. Met EMDR kan ik die traumamomenten opruimen en zo de ontwikkeling weer op gang helpen.
    En nu eindelijk, na zoveel jaar, begint de angst te verdwijnen, raakt het kwetsbare kind getroost en gerustgesteld en begin ik steeds meer zin te krijgen in en oprecht te genieten van het volwassen leven.

  8. Hoi ik herken het hele verhaal, ik ben er net klaar mee , alleen een beetje laat op mijn leeftijd, ik ben 64 jaar, maar ik ben mijn vader verloren op mijn 10 jaar en ik kom uit een gezin van 6 kinderen, van de leeftijd van 5 tot 12 jaar toen die over leed.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *