In de praktijk zien we regelmatig dat jongeren moeite hebben met het volgen van een bepaald eetpatroon, omdat zij gewend zijn aan een ander eetpatroon. Mede doordat er van huis uit ook een bepaald eetpatroon wordt aangehouden. Als je thuis geleerd hebt dat zuivel niet goed voor je is en dat je geen boter hoeft te smeren, dan zie je dat deze specifieke gewoontes ook worden doorgegeven aan de kinderen. Sommige eetgewoontes hoeven niet meteen schadelijk te zijn, maar wat als het kind een eetprobleem heeft ontwikkeld of een ongezond gewicht heeft?
Specifieke eetgewoontes
Als ouders kiezen voor een vegetarisch of veganistisch eetpatroon dan hoeft dit uiteraard geen probleem te zijn. Belangrijk is dan wel dat er gekozen wordt voor volwaardige vleesvervangers. Daarnaast kan er in sommige gevallen een vitamine supplement worden gebruikt, zoals B12 om geen tekorten te krijgen.
Tegenwoordig zijn er veel voedingshypes. Wanneer ouders alleen nog maar onbewerkte voedingsmiddelen in huis halen of glutenvrij willen eten kan dit als gevolg hebben dat jongeren bepaalde voedingsstoffen tekort komen.
De hype om alles rauw te eten zie je steeds vaker. Dit kan ook nadelige gevolgen hebben. Zo kun je sperziebonen en champignons beter niet rauw eten vanwege de natuurlijke gifstoffen die hierin voorkomen. Hetzelfde geldt voor gedroogde peulvruchten, ook deze moet je niet rauw eten.
Juist als kinderen in de groei zijn is het belangrijk dat een kind voldoende energie uit zijn voeding haalt met specifieke bouwstoffen en vitamines en mineralen.
Specifieke eetgewoontes en een eetstoornis
Als een jongere een eetstoornis heeft en hiervoor in behandeling is, zal het hanteren van een bepaald eetpatroon een vereiste zijn. Ouders worden meestal in dit proces betrokken omdat ook wat er thuis wel of niet gegeten wordt invloed kan hebben op het herstel. Je kan je voorstellen als een jongere het advies krijgt om boter te smeren op brood en zuivel te gebruiken en deze voedingsmiddelen thuis niet aanwezig zijn, dat herstel wordt bemoeilijkt en ook het aangaan van de eetstoornis wordt belemmerd.
Dit is zeker niet alleen bij ondergewicht maar ook bij overgewicht is het hebben van steun van ouders of andere verzorgende belangrijk. Heb je bijvoorbeeld last van eetbuien en word je thuis omringd met allerlei snoepgoed of snacks dan kan dit het extra moeilijk maken.
Bepaald eetgedrag
Jongeren kopiëren ook bepaald gedrag. Als ouders zelf niet ontbijten dan is de kans groot dat de kinderen dit ook niet doen. Zo hebben ouders een belangrijke voorbeeldfunctie. Ben je als kind gewend om getroost te worden met snoep of andere tussendoortjes dan kan je als je ouder bent emotioneel eetgedrag ontwikkelen, ofwel dat je je emoties reguleert met eten. Ook het verbieden van bepaalde voedingsmiddelen kan er juist voor zorgen dat een kind of jongere dit wil en andere manieren zoekt om er aan te komen, bijvoorbeeld bij vriendjes thuis of door het zelf te gaan kopen. Het moeten opeten wat er op je bord ligt, ofwel dooreten terwijl je eigenlijk al vol zit, kan een verstoring geven in je honger en verzadigingsgevoel.
Wat werkt wel?
Regelmaat aanleren door op gezette tijden te eten, door bijvoorbeeld iedere dag te ontbijten, lunchen en avondeten zorgt voor een bepaalde structuur met het eten. Het samen eten kan hier op een positieve manier aan bijdragen.
Ook de aanwezigheid van fruit in huis kan helpen dat jongeren eerder voor een stuk fruit kiezen als het voor handen is. Hetzelfde met chips en frisdrank, als dit makkelijk voor het pakken ligt dan zal een kind of jongere eerder hiervoor kiezen dan voor een stuk fruit.
Grenzen aangeven is ook helpend. Bijvoorbeeld bij tussendoortjes en frisdrank. Het kan helpen om aan te geven dat frisdrank met name in het weekend gedronken wordt of chips in een schaaltje en niet uit de zak wordt gegeten. Ook is het handig om de afspraak te maken dat er niet gegeten wordt voor de televisie maar aan tafel.
Geef een reactie