Shit, de hele ochtend is iedereen al aan het treuzelen. Nu kom ik een half uur later bij de sportschool en ik heb geen tijd om langer door te gaan. Shit, shit, shit! Wat maakt het uit vraag je!? Het maakt gewoon uit! Nu kan ik niet mijn vaste routine doen, verbrand ik minder en dat maakt uit! Waarom weet ik misschien ook niet. Ik weet echt hoe onzinnig het is, maar de spanning is niet meer te houden. Ik word paniekerig, chagrijnig en onredelijk. De eetstoornis maakt een wandelend monstertje van mij.
Alle onaardige gedachten schieten per ongeluk al door mijn hoofd. Waarom maakt het niet uit als ik langer sport? Wil je dat ik aankom? Je wilt mij dik hebben he? Wat boeit jou het nou, als ik het nou fijn vind? Zodra mijn eetstoornis en mijn bewegingsdrang liefdevol gesaboteerd worden, verander ik. Ik wil het niet en ik vind het vreselijk, maar het gebeurt wel. Ik verander in een heel klein gestresst monstertje. Een monstertje dat in een tunnelvisie leeft en nog maar moeilijk te kalmeren is. Het enige dat lijkt te helpen is haar eraan toe te geven, maar wat helpt dat nou eigenlijk? Dat helpt alleen dat monstertje en houdt haar even tevreden, verder is dat in niemands belang. Niet in dat van mij en ook zeker niet in dat van mijn omgeving.
Je wilt het niet en toch gebeurt het. Een eetstoornis kan je ongelofelijk lelijk laten doen. Heel even is er niets belangrijkers dan dat, niets belangrijkers dan doen wat de eetstoornis van je vraagt. Zodra ik hieraan had toegegeven en ik weer wat gekalmeerd was, kwam de spijt. Hoe kon ik nou zo lelijk doen? Mijzelf zo afsluiten en anderen zo afstoten? Dat was helemaal niet wat ik wilde, maar het voelde echt alsof ik geen keuze had. Ik moest mijn eetstoornis beschermen ten koste van alles, blijkbaar..
Dit is de eetstoornis
Als ik na zo’n monsterbui weer een beetje bij kennis was, voelde ik mij vreselijk. Alsof ik alles nog erger had gemaakt en het was al zo’n puinhoop. Nu heb ik niet alleen een eetstoornis, nu ben ik ook nog eens een slecht mens. Ik deed dingen die ik normaal nooit zou doen, zo obsessief en dwangmatig. Ik zei dingen die ik normaal ook nooit zou doen, zo lelijk en kil.
Ook al komen dit soort woorden echt uit jouw mond, ze komen natuurlijk heel ergens anders vandaan. Dit komt vanuit je eetstoornis, vanuit een psychische ziekte. Een ziekte waar jij op zichzelf niets aan kunt doen, want niemand kiest ervoor om ziek te worden. Het lastige is alleen dat niemand het kan zien en dat het soms een beetje om je eigen persoonlijkheid heen beweegt. Het is iets dat in je hoofd zit en wat er helaas alleen maar uit kan komen door je mond en je gedragingen.
Een arm die gebroken is wordt zichtbaar door een beetje gekke vorm, zwelling en later het gips. Een eetstoornis wordt zichtbaar door gedrag en door woorden, daar manifesteert de ziekte zich. Het is ook de enige weg waarbij de eetstoornis naar buiten kan, dus het zal ook wel moeten. Het geeft dus jouw ziekte weer, niet jouw persoonlijkheid.
Heb je jezelf dit soort dingen zien doen en zeggen toen de eetstoornis er nog niet was? Misschien zijn er dingen die je nu al heel lang niet durft, maar je bent er niet mee geboren. Het hoort niet bij jou, niet bij jouw gezonde kant. Misschien wint die gezonde kant niet elke dag, maar het is belangrijk om daar onderscheid in te blijven maken. Er zit wel degelijk verschil in. Ook als jij de persoon bent die herrie en stampij aan het maken is, komt dit voort uit de angst van de eetstoornis. Uit de wanhoop van een ziekte. Jouw gezonde kant zou dit waarschijnlijk nooit doen en daar mag je op vertrouwen. Het is niet leuk en misschien doe je ook even niet leuk, maar dit komt ergens vandaan. Dit hoeft dus niet voor altijd te zijn en heeft dus vooral met deze fase te maken. Dat maakt het verwarrend, maar ook hoopvol.
Praat erover
Niet alleen voor mij was dit stom en verwarrend. Niet alleen ik voelde mij er rot over, ook voor mijn omgeving was dit vaak even slikken. Ineens schoot ik in de stress en was ik moeilijk te bereiken. Het moeilijkste vond ik zelf altijd dat ik het nooit meer terug kon draaien. Ik kon mijn lelijke, eetstoornis-gedrag niet ongedaan maken en ik schaamde mij er verschrikkelijk voor.
Hier uiteindelijk toch over praten en op terugkomen werkte voor mij het beste. Juist die pijnlijke plek aanraken, juist vertellen wat er in mij gebeurde en waarom ik zo deed. Niet omdat anderen het dan altijd zouden begrijpen, maar omdat het oplucht om daar even een ‘gezond’ gesprek over te voeren. Juist als alles wat bedaard is kun je daar veel realistischer op terugkijken. Dat gaat het niet meer kunnen terugdraaien, maar kan voor alle komende trigger-momenten misschien wel uitmaken. Er op een rustiger moment over praten en zo nodig goedmaken, kan ook voor je eigen gevoel fijn zijn. Je mag er namelijk van leren, maar het uiteindelijk ook weer afsluiten. Je mag jezelf vergeven, want jij hebt hier niet om gevraagd. Jij wilt dit ook niet en dat is goed om te blijven benadrukken. Voor jezelf en voor de ander. Je zult toch verder moeten en dat is maar goed ook.
Hoe meer ik het erover kon hebben, hoe normaler het ook werd om op die momenten te kunnen zeggen: ‘Ik vind het gewoon eng‘. Mijn angsten mochten er zijn en mijn eetstoornis had steeds minder reden om lelijk te moeten doen. Die angsten wegstoppen geeft de eetstoornis denk ik juist kracht, terwijl het open leggen je gezonde kant centraal stelt. Jij mag er zijn, zonder dat de eetstoornis je dagelijkse leven hoeft te saboteren.
Relativeer
Nee, ze willen mij niet dik hebben. Ja, het maakt ze uit hoeveel ik sport. Mijn geluk doet ertoe, anders hadden ze zich er niet zo druk om gemaakt. Blijven relativeren, elke dag weer. Ik vond het dodelijk vermoeiend, maar het was nodig. Of het nu op het moment zelf al lukte, een paar uur of zelfs een paar dagen later, uiteindelijk heeft het altijd zin om die helpende gedachten aandacht te geven. Alles wat je voedt wordt sterker, dat geldt hier net zo goed voor.
Ook terugkijken op mijn eetstoornis gedachten kon soms inzichten geven. Ik was de hele middag boos geweest om mijn kortere sportschool-sessie, maar waarom eigenlijk? Wat was er nu helemaal aan de hand als ik minder zou sporten? Wat gebeurde er als ik die controle even niet had? Misschien weet je zelf ook wel dat het onzin is, maar waarom is het eigenlijk onzin? Het voelde soms wat kinderachtig om zo door te blijven vragen en erover na te blijven denken, maar uiteindelijk haalde dat wel de kracht eraf.
Het kan je zo lelijk laten doen, maar reken jezelf daar niet te veel op af. Het is een lelijke ziekte. Hoe meer jij je zult richten op herstel en op jouw gezonde kant hoe minder die eetstoornis-trekjes bij jou zullen blijven, want ze zullen niet meer nodig zijn. Elke stap richting herstel zorgt voor meer ruimte voor jezelf. Niet je eetstoornis, maar jijzelf mag beschermd worden.
Hoe ga jij om met het lelijke gedrag van je eetstoornis?
Geef een reactie