Het licht in het hoofd van Aafke is uitgegaan, en de rechter heeft daarom bepaald dat Aafke zelf even het licht in haar hoofd niet hoeft aan te zetten. Als het Aafke zelf niet lukt, dan mag de kliniek dus ingrijpen. Als het donker is, en er is geen knopje om het licht aan te doen, ga je op zoek naar elk lichtstraaltje, hoe klein het lichtstraaltje ook is. En dat is precies wat we nu doen. Die lichtstraaltje zoeken we in Aafke zelf, maar ook in haar en onze omgeving.
Zo is voor ons de wijze waarop wij geïnformeerd worden over de medicatie en het sondebeleid, zo’n lichtstraaltje. Ook zijn we heel tevreden over de contacten die wij hebben met de arts, de gezinstherapeute, de psychiater en de mentor.
Wel zouden we graag wat meer informatie van de begeleidsters willen hebben over hoe het met Aafke gaat overdag op de afdeling. Wat doet ze de hele dag en hoe voelt zij zich? Aafke ervaart regelmatig strijd tussen haar en begeleidsters. Wij zouden het prettig vinden als hier eens naar gekeken wordt. Wat kunnen zowel de begeleidsters en Aafke doen om het minder te laten escaleren? Wij hebben de indruk dat Aafke bij sommige begeleidsters er beter in slaagt, om haar kleine doelen te realiseren. Het lijkt ons zinvol dat goed gekeken wordt, naar hoe dat kennelijk werkt voor Aafke. Welk gedrag tonen die begeleidsters dat kennelijk helpend is voor Aafke? Ik merk dat ik de taal van de therapeuten overneem.
Een andere flinke lichtstraal is dat Aafke, onder druk van de RM weliswaar, uiteindelijk weer besluit om zelf te eten. Ik realiseer mij dat Aafke nog helemaal niet gemotiveerd is om te eten, en dat alles heel fragiel is. Maar ze eet; en dat is in deze fase van de strijd al een hele opluchting voor ons.
Wat wij ook een lichtstraal vinden is dat Aafke door de verhoging van de medicatie een stuk rustiger is. We vinden het fijn dat de medicatie zo opgehoogd is en dat daardoor de meest heftige kanten van de paniek naar de achtergrond zijn verdwenen. Daarnaast is de band tussen Aafke en ons versterkt sinds ze in deze kliniek zit. Dat is des te opvallender, omdat we de afgelopen periode richting Aafke ogenschijnlijk hele “nare” besluiten hebben moeten nemen. Aafke heeft ons aan de ene kant meer nodig (ze is eenzaam, heeft moeite met contacten met andere meiden) en ze vertrouwt ons meer; en aan de andere kant lijkt het alsof Aafke op een positieve manier minder aan ons hangt. (Ze belt minder vaak; en al helemaal niet in volle paniek).
Eveneens is het ook goed om te zien dat haar omgevingsbewustzijn de laatste dagen iets groter begint te worden. Aafke vraagt meer aan anderen en is wat belangstellender. Langzaam begint Aafke weer aandacht te krijgen voor leuke dingen, zoals piano spelen. Als zij piano speelt, lijkt er ook heel even in haar hoofd weer een beetje licht te schijnen.
Ook als Aafke in het weekend thuis komt, zijn er lichtpuntjes in de grote duisternis. Aafke vindt het fijn thuis. Het liefst kruipt ze de hele dag tegen ons aan. Voor het eerst na hele lange tijd is er weer rust, en is er geen strijd thuis.
Volgende keer: Een verrassend bericht
Geef een reactie