Ik had problemen met eten en werd doorverwezen naar een diëtist. Ik vertelde haar waar ik mee worstelde en vroeg haar om hulp en advies. Zorgvuldig stelde ze een eetlijst voor mij samen die ik zou moeten gaan volgen. Vlak voordat het gesprek ten einde liep vroeg ze me of ik vanaf dat moment ook een eetdagboekje bij wilde gaan houden. Die zouden we dan de volgende keer dat we elkaar zagen kunnen bespreken. Ze wilde graag goed bij kunnen houden hoe het met eten ging en wilde de knelpunten in kaart brengen. Ik stemde daarmee in en thuis ging ik aan de slag met een pen en een schriftje. Die avond had ik gelijk een eetbui. Moest ik nou daadwerkelijk op gaan schrijven wat ik allemaal gegeten had?
Geen haar op mijn hoofd die wilde dat iemand inzicht had in mijn verstoorde eetpatroon, laat staan dat ik eerlijk zou zijn over de hoeveelheden die ik tijdens een eetbui naar binnen werkte. Dat kon echt niet. Belachelijk! Ze zou me niet eens geloven, ging het door mijn hoofd. Ik schaamde me enorm voor dit alles en dat eetdagboekje vond ik plotseling maar onzin.
Ik wilde het graag goed doen en me netjes aan de eetlijst houden die de diëtist me had voorgeschreven. Ik deed mijn best, maar makkelijk was het niet. Toch werkte dat eetdagboekje wel als een soort stok achter de deur. Ik wilde aan het einde van de week immers graag laten zien dat ik het echt had geprobeerd. Dit motiveerde me om een tandje bij te zetten op moeilijke momenten.
Aan de andere kant vond ik het ook super lastig om eerlijk te zijn over de momenten waarop ik meer at dan mijn eetlijst dicteerde. Dat gebeurde namelijk regelmatig en uiteindelijk bleek dit te komen doordat de eetlijst gewoon niet zo goed bij me paste. Ik heb hier eerder een keer een blog over geschreven, namelijk: Ik mag niks eten van mijn diëtist.
Ik vond het heel lastig om af te wijken van de hoeveelheden op de eetlijst. Dat kwam voor een heel groot deel doordat ik alles wat ik at bij moest houden in een eetdagboekje. Ik vond het erg confronterend om wat ik in mijn mond stak zo zwart op wit op papier te zien. Het leek ineens zo veel, terwijl het als zo weinig voelde. Ik wist wel dat het oké was, maar in mijn hoofd zat wel een gemeen stemmetje dat me anders wilde doen geloven.
Hiernaast wilde ik het ook graag perfect doen. Dus netjes schrijven, niet afwijken en vooral geen eetbuien hebben. Als dit niet lukte, wilde ik het liefst die hele eetlijst en alles wat erbij kwam kijken overboord gooien. Dan laat ook maar. Zwart op wit op papier en zwart wit in mijn hoofd. Eetbuien paste voor mijn gevoel niet in het plaatje. Alles of niets.
Voor mijn gevoel kan het dus echt twee kanten opgaan met zo’n eetdagboekje. Aan de ene kant kan het heel motiverend werken en je net dat extra steuntje in de rug bieden. Aan de andere kant heb ik het als confronterend ervaren en ontmoedigde het me bij tijden. In mijn ogen heeft het dus voor- en nadelen. Ik denk dat het er ook mee te maken heeft dat ik behoorlijk perfectionistisch was in de tijd van mijn eetstoornis. Dat was een valkuil.
Natuurlijk is het voor je diëtist of therapeut wel heel handig en nuttig om echt inzicht te hebben in je eetpatroon. Open zijn over wat je eet kan dubbele gevoelens opleveren, maar de kans is groot dat je wel beter geholpen kunt worden als je het doet. Ook heb ik ervaren dat het bijhouden van een eetdagboekje moeilijke gesprekken op gang kan helpen. Een eetbui werd bijvoorbeeld écht besproken en ik kon niet meer zomaar doen alsof het niet gebeurd was. Op een gegeven moment durfde ik zelfs op te schrijven hoe ik me voelde bij bepaalde keuzes in het eten. Uiteindelijk heeft dat me geholpen en meer inzicht gegeven in mijn eetstoornis.
Fotografie: Pexels
Hou jij een eetdagboekje bij?
Geef een reactie