Ik lig in mijn bed te woelen. Al anderhalf uur geleden wilde ik gaan slapen, maar het is nog niet gelukt. Ik staar naar het plafond; morgen heb ik de vaste afspraak met mijn therapeut. Inmiddels zie ik haar om de twee weken, het gaat namelijk best wel goed. Dat is ook precies de reden dat ik mij zorgen maak over het gesprek. Wat moet ik zeggen? Straks hebben we niks om over te praten? Dan verdoe ik haar tijd…
Wanneer je therapie volgt, zijn de gesprekken in het begin vaak lastig. Je voelt je nog niet veilig bij jouw therapeut, het gaat niet goed met je, je zit vast in je gedachtes en gevoel en weet niet hoe je er over moet praten. Als het goed is, komt daar op den duur verandering in en ga je je prettiger voelen. Je raakt gewend aan de gesprekken, ook al zijn ze vaak lastig, confronterend, eng of emotioneel. Er is genoeg om over te praten. Dan komt er nog een fase; de fase waarin het eigenlijk, stapje voor stapje, best wel goed gaat. Je voelt je sterker, stabieler, rustiger, blijer. Natuurlijk zijn er nog steeds wel momenten dat je je rot voelt, maar die zijn niet meer zo allesoverheersend.
Ik weet nog dat ik in die laatste fase soms krampachtig op zoek ging naar de negatieve dingen van de periode tussen de afspraken. Soms praatte ik dan over dingen waarvan ik dacht dat ik er over moest praten, omdat het een minder fijn moment was geweest. Als ik het er dan over had, voelde het niet echt. Ik had het zelf al opgelost en eigenlijk zat ik er niet echt meer mee. Het voelde alsof ik mijn therapeut voor de gek hield, maar wat dan? Waar heb je het dan over in therapie? Als het over het geheel genomen goed gaat, mag je dan nog wel komen?
Angst om het alleen te moeten doen
Het eerste gevoel dat mij overviel toen ik realiseerde dat het goed met me ging, was angst. Ik was niet gewend dat het goed ging, dat er weinig dingen lastig of naar waren. Daarbij zou het betekenen dat ik moest stoppen met de therapie, dacht ik. Dat ik het alleen zou moeten doen. Alleen al bij de gedachten kreeg ik buikpijn, ik voelde me nog niet sterk genoeg.
Als je dit gevoel ervaart, kun je dit het beste direct bespreken. Zelf zocht ik naar de minder goede momenten van de afgelopen week, omdat ik dacht dat als die er niet waren, ik dan weg zou moeten. Achteraf was dat helemaal niet waar ik het over wilde hebben. Ik wilde uiteindelijk wel weg, maar de angst daarvoor was nog te groot. Enerzijds vertrouwde ik nog niet genoeg in mijzelf. Ik was er niet zeker van dat ik het alleen zou kunnen. Anderzijds vertrouwde ik ook nog niet genoeg in het leven. Het kan toch niet zo zijn dat het goed zou blijven gaan? Het is dan veel interessanter en uiteindelijk helpt het ook beter om het over die angst te hebben. Waar komt dat vandaan en wat is er voor nodig om meer vertrouwen te krijgen in jezelf?
Kap het niet te snel af
Als het een paar weken beter gaat dan je misschien van jezelf gewend bent, betekend dat niet dat je direct moet stoppen met de therapie. Je hebt nog steeds het volste recht om daar te zijn. Waarschijnlijk is er een veel langere periode aan vooraf gegaan waarin het minder goed ging. Gun jezelf de tijd om te wennen aan het feit dat er dingen veranderd zijn. Ervaar hoe dat is en hoe je daarmee omgaat. Je hoeft niet direct te stoppen met therapie, dat kan altijd nog.
Als je uiteindelijk besluit wel te willen stoppen, dan is het belangrijk om dat goed te bespreken met jouw therapeut. Hoe ga je afbouwen, hoe wil je afscheid nemen en zijn er misschien nog dingen waar je in die laatste periode aan wilt werken? Wat doe je als het weer even minder goed gaat en je geen therapie meer hebt? Zijn er nog andere dingen waar je over wilt praten? Doe dit in overleg en geef het ook aan als het te snel gaat voor jou.
Het gaat goed?
Het is ontzettend fijn dat het beter, of zelfs goed gaat! Voordat je in alle haast de deur uit rent om dat te gaan vieren en nooit meer terug te komen, kan het erg waardevol zijn om te onderzoeken wát er dan precies goed gaat. Waaraan merk je dat? Is er iets veranderd in je gevoel? Je gedachtes? Je lichaam? En wat gaat er dan goed? Wat is er veranderd ten opzichte van een tijd terug en wat heb jij daarin gedaan? Zijn er nog momenten dat je je wel minder goed voelt en wat doe je dan?
Jij mag leiden
Wat misschien wel het grootste verschil is tussen therapie als het niet goed met je gaat en wanneer het wel goed gaat, is dat jij zelf veel meer de leiding hebt over waar je over wilt praten. Wanneer het niet goed gaat ben je min of meer overgeleverd aan de negatieve gevoelens en hoe deze jouw leven bepalen. Vaak wil je je niet zo voelen, maar lukt het niet om daar iets aan te veranderen. De dingen die je doet worden daardoor beïnvloed en zo heb je automatisch iets om over te praten.
Wanneer het wel goed gaat, zijn die negatieve gevoelens en gedachtes niet meer zo allesoverheersend. Dit geeft je meer ruimte in jouw leven om op een andere manier keuzes te maken. Het geeft je meer grip op jouw leven. Dit geldt ook voor de onderwerpen die je bespreekt in therapie. In plaats van dat het je min of meer overkomt, of dat je als vanzelf iets hebt om over te praten, kun je zelf kiezen waar je het over wilt hebben. Jij hebt de leiding.
Dit is het doel
Vergeet niet dat dit het doel is van de therapie. Je begint eraan omdat het om wat voor reden dan ook niet goed met je gaat, omdat je hulp nodig hebt. Het uiteindelijke doel is om naar een punt toe te werken waarop het beter met je gaat en je die hulp minder intensief of misschien zelfs helemaal niet meer nodig hebt. Als je op dat punt komt, dan mag je daar eerlijk over zijn en vooral ook: wees er trots op!
Wanneer ben jij klaar om te stoppen met therapie? ♥
Deze blog kwam oorspronkelijk online in 2019
Geef een reactie