Al ruim tien jaar loop ik rond in de GGZ. Inmiddels heb ik alle vormen van hulp wel gehad. Van steunende, structurerende gesprekken tot ambulante-, deeltijd- en klinische behandeling. Ik heb bijna alle stoornissen wel gezien bij groepsgenoten en inmiddels kennis van zo’n beetje alle verschillende soorten medicijnen. Ook crisisopnames zijn me niet vreemd, net als gesloten afdelingen. Ik was dan ook de wanhoop nabij toen ik bij Scelta Apeldoorn terecht kwam voor klinische schematherapie.
Ik wist niet meer hoe ik verder moest en ik had de hoop verloren dat het ooit nog beter zou worden. Ik had al eerder zo’n intensieve behandelopname gehad, dus ik betwijfelde ook of dit me zou gaan helpen. Konden zij mij nog iets nieuws leren? Zou het nog wel beter worden? Had ik nog wel een toekomst of was het leven gewoon niet voor mij weggelegd? Ik was verstrikt geraakt in talloze diagnoses, eindeloze crises en heel veel destructiviteit.
De kliniek
Scelta Apeldoorn heeft twee klinische afdelingen; Programma 1 en Programma 2. P1 is DGT en P2 is schematherapie. Beide afdelingen bieden ruimte aan 27 cliënten in totaal en het programma duurt 9 maanden, van zondagavond tot donderdagmiddag. Ik heb negen maanden op P2 gezeten en wil mijn ervaring met jullie delen.
Een leefgroep van 27 cliënten verdeeld over drie therapiegroepen betekent dat je 9 mensen in een groep hebt. De doorstroom varieert enorm. Soms is de leefgroep wekenlang stabiel en op andere momenten nemen er meerdere mensen in één week afscheid. Je kunt je voorstellen dat dit best druk kan zijn, zoveel mensen. Gedurende mijn behandeling heb ik periodes meegemaakt waarin alle bedden bezet waren, maar ook een periode waarin de totale leefgroep uit 14 mensen bestond.
Therapieën en inhoud programma
De therapieën zijn voor alle drie de groepen hetzelfde: twee keer per week muziektherapie, twee keer per week PMT, één keer per week schematherapie en één keer per week psychotherapie. Daarnaast is er een heel aantal sociotherapeutische onderdelen waarin evaluaties, maatschappelijke re-integratie en het nabespreken van je weekend centraal staan. De sociotherapeutische onderdelen richten zich op het hier en nu; waar loop je nu tegenaan en wat is er nodig om hier iets in te veranderen? De overige therapieën leggen vooral een link met vroeger; wat heb je vroeger gemist dat maakt dat je nu doet zoals je doet? Daarnaast wordt het programma aangevuld met een aantal modules (Vroeger & Verder, VERS-training, Gezonde Volwassene en psycho-educatie over schematherapie).
Doordat je alle therapie-onderdelen met dezelfde groep van maximaal negen mensen volgt, leer je elkaar al snel heel goed kennen. Dit heeft als voordeel dat je in therapieën kunt teruggrijpen op eerdere therapieën en je makkelijker verbanden kunt leggen. Je groepsgenoten zijn jouw spiegel en de therapie en het leefmilieu zijn jouw mini-maatschappij waarin je oefent, experimenteert en tegen ontzettend veel dingen aanloopt. Alles is bespreekbaar en niets is te gek.
Naast groepstherapieën heb je ook een pb’er. Dit is één van de sociotherapeuten. Je kunt op elk moment met een sociotherapeut in gesprek gaan als het nodig is, maar je pb’er begeleidt jou in de eerste weken wat extra. Ik ben fervent voorstander van groepstherapie, maar ik zie en voelde ook duidelijk de toegevoegde waarde van mijn/een pb’er. Sommige dingen leenden zich niet voor de groep. Soms twijfelde of en hoe ik iets moest bespreken in de groep. Soms waren dingen zo schaamtevol dat het makkelijker was om het eerst aan mijn pb’er of een andere sociotherapeut te vertellen, voordat ik het met de rest van de groep deelde.
Ik heb het contact met zowel de sociotherapeuten als de vaktherapeuten als ontzettend waardevol ervaren. De behandelaren zijn ontzettend toegankelijk en met hen is het eenvoudig om een gesprek in te plannen als je denkt dat dit nodig is. Precies dat is ook wat ik zo fijn vond aan P2; het is een groepsbehandeling, maar er is óók ruimte voor individueel contact. Ik begrijp dat je uiteindelijk zaken in de groep moet delen, maar ik zie de meerwaarde van af en toe een individueel gesprek zeker in.
Ook je systeem wordt betrokken bij de behandeling, maar wel op jouw tempo, op jouw voorwaarden en op jouw manier. Als je sterk geneigd bent dit uit de weg te gaan, kun je misschien extra gestimuleerd worden om dit op te pakken, maar je wordt nergens toe gedwongen. En dat geldt overal voor: therapeuten en groepsgenoten kunnen aan je trekken, maar uiteindelijk moet jij het willen en durven.
Programma 2 is een zwaar programma. ’s Ochtends om 07:30 uur word je – aangekleed en wel – verwacht aan het ontbijt en om 08:15 uur begint je eerste therapie. ’s Middags om 17:15 uur ben je klaar. Er wordt zelf gekookt, boodschappen gedaan en corvee gedraaid. Je schrijft evaluaties over jezelf en je groepsgenoten en er zijn talloze commissies en men verwacht dat je in ten minste één commissie zitting neemt.
Mijn negen maanden
Na negen maanden had ik het gevoel een marathon te hebben gelopen. Ik had vaak de hele vrijdag en het grootste deel van de zaterdag nodig om bij te komen van de intensieve week. Echter, ik heb ook andere geluiden gehoord van groepsgenoten hierover, dus dit verschilt enorm per persoon. Maar uit de grond van mijn hart kan ik zeggen dat ik persoonlijk het absoluut waard vond.
Ik heb op P2 niet behaald wat ik hoopte te halen, maar ik heb alles gehaald wat ik kon behalen. De hoop om te leven heb ik weer teruggevonden en daarmee ook het vertrouwen dat het beter kan worden. Ik ben er nog niet, maar bij Scelta heb ik in negen maanden tijd een basis gelegd waar ik op verder kan bouwen. Ik heb geleerd om me te hechten en te onthechten aan mensen (zowel aan groepsgenoten als aan therapeuten), ik ben in staat om gelijkwaardige relaties aan te gaan en ik durf weer te voelen en met mijn ogen dicht in het diepe te springen; erop vertrouwend dat het wel goed komt. Mijn lat ligt iets lager en mijn leven past nu bij wat ik aankan in plaats van dat ik me aanpas aan wat de maatschappij van me vraagt.
Zoals ik al schreef… jij bent degene die het moet doen. Jij bent degene die het aan moet durven om je patronen in kaart te brengen, ze te onderzoeken en ze los te laten. Je moet het aandurven om nieuw gedrag uit te proberen. Je mag ontzettend bang zijn, zolang je maar wil. En als jij de motivatie en de wil hebt, dan staan de groep en het behandelteam met open armen voor je klaar om je te helpen.
Geef een reactie