Ik merk dat er veel weerstand is tegen het gebruik van psychiatrische medicatie. En ergens snap ik dat wel. Er zitten risico’s aan en het zijn vaak heftige medicijnen met veel bijwerkingen. Ondanks mijn psychische problemen heb ik jarenlang geweigerd medicijnen te slikken. Mijn standpunt: medicijnen voor je hoofd konden in mijn ogen niet goed zijn. Toch denk ik daar nu heel anders over. Ik wil jullie meenemen in mijn verhaal en laten zien dat het gebruik van psychiatrische medicijnen niet altijd negatief is, en zelfs heel positief kan uitwerken.
Ik was een jaar of 19 toen mijn problemen heftiger werden. Ik had sombere gedachten en hoorde stemmen in mijn hoofd. Toch probeerde ik alle ballen in de lucht te houden. Ik was actief in de kerk, korfbalde en studeerde. Maar eigenlijk hield ik dit niet vol. Ik vertelde aan vrienden hoe ongelukkig ik was. Een vriend van toen raadde mij aan om eens te denken aan medicijnen. Ik, medicijnen? Echt niet! Dat was voor de ‘echte gekken’, zo dacht ik toen. Ik deed bovendien toch nog alles?
Maar ik hield het niet vol en belandde op 20-jarige leeftijd in een kliniek. De gedachten werden steeds somberder en de stemmen steeds heftiger. In de kliniek voelde ik me niet gehoord en onbegrepen. Het was een erg kille bedoening daar, wat me ook geen goed deed. Opnieuw werd mij aangeraden om medicijnen te gebruiken, maar er zat zoveel weerstand bij mij. Ik wilde echt geen medicijnen. Het was rotzooi, dat was wat ik hoorde. En eerlijk gezegd was mijn grootste angst dat ik het een doodeng idee vond, een medicijn voor je hoofd. In de kliniek zag ik soms mensen die volgestopt werden met medicijnen, en dat er geen sprankje leven meer in zat. Dat wilde ik niet.
Ik was ook bang voor wat er in mijn hoofd zou gebeuren. Wat zou er van me overblijven en wie zou ik zijn? Dat de pillen mij zouden overnemen. Die angst was zo groot dat ik medicijnen bleef weigeren. Inmiddels waren de gedachten zo somber dat ik hieraan toegaf, en ik deed een zelfmoordpoging. En van de eerste ging het naar de tweede, enzovoort. De kliniek maakte zich groote zorgen om mij (en terecht) en ze dwongen mij om medicijnen te gebruiken. Maar deze medicijnen deden niets, behalve dat ze bijwerkingen gaven. Het hielp totaal niet, behalve dat ik er wel goed door sliep. Uiteindelijk mocht ik stoppen met de medicijnen. Voor mij het bewijs dat medicijnen dus niet werkten.
Zo ging het verder en verder bergafwaarts. Ik leefde van zelfmoordpoging tot zelfmoordpoging, tot die ene ernstige poging, die ik overleefde. Na die poging besefte ik dat dit absoluut geen leven was en dat ik de medicijnen opnieuw een kans moest geven. Wat had ik immers te verliezen? Ik kreeg twee soorten medicatie. In het begin werd ik lekker rustig, maar de stemmen in mijn hoofd en de sombere gedachten bleven. Uiteindelijk was ik uitbehandeld, zelfs de artsen wisten niet meer wat ze met me aanmoesten. En zo kwam ik in een instelling voor begeleid wonen. Dit was een enorm fijne plek, maar mijn gedachten en stemmen bleven. Ik was zo wanhopig! Een aantal jaren ging voorbij. En hoewel ik op de woonvorm woonde, kreeg ik regelmatig een BOR (bed op recept) om naar de kliniek te gaan.
Op een dag zou mijn behandelaar mij opzoeken, maar ze kon niet. Daarom stuurde ze een stagaire. Ik had weinig verwachtingen, maar wat een lieve stagaire! Ik vertelde hoe diep ik zat, hoe wanhopig ik was en dat ik het ook zo moeilijk vond dat mijn gewicht steeg. Ze stelde me gerust en zei dat het door de medicijnen kwam. Ze zou een ander medicijn voorschrijven. Prima, dacht ik. Ik geloofde niet dat het zou werken, maar als ik zou afvallen (ik had overgewicht), dan was dat mooi meegenomen en wellicht voelde ik me dan iets beter. Ik kreeg een ander medicijn, een bijzonder medicijn dat ze niet vaak voorschrijven. Het is een buitenlands middel.
Ik begon het te slikken en zou na zes weken iets aan mijn stemming moet voelen. ‘Tuurlijk’, dacht ik sarcastisch. Maar het gekke was dat ik het middel nog maar anderhalve week slikte, toen ik ineens besefte dat ik al drie betere dagen had. Ik snapte er niets van. Zou dit echt een werkend medicijn zijn? Ik bleef het slikken en het ging steeds beter met me. Ondertussen bleef ik aankomen (wat een ander probleem was) waardoor mensen in mijn omgeving zeiden dat ik door de medicijnen aankwam. Daardoor stopte ik met alle medicijnen.
Binnen een aantal weken waren alle klachten weer terug. Maanden gingen voorbij terwijl ik weer in zo’n diep gat zat. Toen besefte ik dat het beter met was gegaan toen ik dat ene medicijn slikte. En zo besloot ik het medicijn weer te proberen. In korte tijd verbeterde mijn stemming en langzaam verdwenen mijn doodswens, mijn sombere gedachten en mijn stemmen. Ik had weer levenlust. En in die jonge vrouw waar geen leven in zat, kwam weer leven. Werkelijk na jaren kon ik zelfs weer genieten, maakte ik toekomstplannen en het belangrijkste: ik was voor het eerst in mijn leven gelukkig.
Nu gebruik ik dit medicijn al twee jaar en het blijft maar opwaarts gaan. Ik zet steeds meer stappen. Stappen die ik niet kon zetten toen het zo slecht met me ging. Ik doe vrijwilligerswerk, met veel plezier, en onderneem van alles. Maar ook de kleine dingen als gewoon een muziekje opzetten en een theetje drinken.
Ik heb geleerd om goed voor mezelf te zorgen en mijn medicatie trouw te blijven slikken. En als het soms teveel is, rust te nemen en niet door te gaan. Gewoon geen doodswens meer hebben en geen stemmen, dat is zo’n verademing. Dat betekent niet dat mijn leven gemakkelijk is. Ik struggle nog steeds met veel dingen. De mensen in mijn omgeving kunnen dat beamen. Maar kunnen genieten van het leven en gelukkig zijn, ja, daarmee lijk ik de wereld aan te kunnen. En natuurlijk heb ik mindere dagen, ben ik verdrietig, moe of sjaggie. Maar niet zo diep als toen. Weet je, ik voel me gewoon weer mens! En niet alleen ik voel en zie dat maar ook mijn omgeving: van dat sombere, labiele meisje dat inzichzelf was gekeerd naar een sterke vrolijke vrouw die nu ook interesse en belangstelling voor de ander heeft.
Dit is mijn (toch wel lange) verhaal. Weet je, ik snap je twijfel om aan de medicijnen te gaan. Maar wat zou het zonde zijn als jij ze niet wilt proberen terwijl het je leven zo kan veranderen. Het is ook wetenschappelijk bewezen dat je soms gewoon een stofje in je hoofd mist. Net zoals je een lichamelijke ziekte kunt hebben.
Ik wil niet overkomen als een positiviteitsgoeroe, maar ik hoop dat je na mijn verhaal ook durft na te denken over medicijnen, die ook positief kunnen uitpakken.
Wil jij ook een gastblog, dankwoord of jouw verhaal laten publiceren op Proud2Bme? Mail dan je verhaal in een Word bestand met twee foto’s in een aparte bijlage naar redactie@proud2Bme.nl
Geef een reactie