Mijn relatie met de weegschaal

Mijn eetstoornis begon eigenlijk met het getal op de weegschaal. Hoewel ik nooit te zwaar ben geweest, voelde ik mezelf dat wel. Ik had een bepaald gewicht in mijn hoofd en dacht dat ik mooier zou zijn als ik daaronder zou wegen. Met dit doel voor ogen begon ik met afvallen. Ik had het idee dat ik mooier en dus gelukkiger zou zijn als er een paar kilootjes vanaf zouden zijn. Jammer genoeg ontstond hiermee mijn obsessie met de weegschaal.

Ik verbaas me er eigenlijk over hoe snel de weegschaal een obsessie werd. Toen ik begon met afvallen, stond ik nog niet zo super vaak op de weegschaal. Af en toe mezelf wegen vond ik in eerste instantie voldoende. Maar toen ik resultaat begon te merken, veranderde dat. Het afvallen kon mij opeens niet snel genoeg gaan. Ik begon steeds minder te eten en daardoor veranderde natuurlijk ook mijn gewicht steeds sneller.

Mijn humeur begon af te hangen van het getal op de weegschaal. Als ik niet was afgevallen of zelfs was aangekomen, verpestte dat mijn stemming. Ik was dan chagrijnig, boos, verdrietig en vooral ook teleurgesteld in mezelf. Mijn ‘harde werken’ werd niet beloond en dat betekende dat de regels moesten worden aangescherpt. Vanaf nu mocht ik nog minder eten en moest ik nog meer bewegen. De eetstoornis nam steeds meer de overhand.

Door de eetstoornis werd de weegschaal mijn manier van straffen en belonen. Als ik was afgevallen, was de eetstoornis blij en voelde ik me trots op mezelf. Ik voelde me dan sterk en had het gevoel de hele wereld aan te kunnen. Ik werd dus beloond met een goed gevoel en voor heel even had ik rust in mijn hoofd. Als ik niet was afgevallen, betekende dat dat ik niet goed mijn best had gedaan en dat ik het toch echt anders moest gaan doen. De chaos in mijn hoofd werd steeds groter.

Mijn relatie met de weegschaal werd al helemaal een hel toen ik last begon te krijgen van eetbuien. Voorheen had ik nog het gekke gevoel van trotszijn als ik was afgevallen. Het gaf me een gevoel van controle en sterk zijn. Toen de eetbuien kwamen, viel ik niet meer af. Het tegenovergestelde gebeurde juist: ik kwam aan. Nu is het niet zo dat ik gigantisch veel ben aangekomen in die tijd, maar wel wat kilo’s. Genoeg in ieder geval om mijn zelfhaat flink te laten groeien.

Ik walgde ontzettend van mezelf. Elke keer weer als ik op de weegschaal stond, kon ik wel in huilen uitbarsten. Mijn gewicht deed mij zo ontzettend veel verdriet. Het feit dat ik me in therapie telkens weer moest laten wegen, voedde eigenlijk alleen maar mijn eetstoornis. De obsessie met de weegschaal bleef hierdoor. De eetstoornis was na elk weegmoment weer sterker dan ooit. Vanaf nu moest het echt anders. Ik was vies en dik. Het moest maar eens afgelopen zijn met die eetbuien. Op deze manier zou ik nog eindigen met flink overgewicht.

relatie weegschaal

Door het wegen in therapie bleef bij mij dus de focus op mijn gewicht en kon de eetstoornis blijven bestaan. Het heeft mij ontzettend geholpen dat ik in mijn laatste therapie mijn gewicht niet mocht weten. We moesten ons daar wel wegen, omdat ze onze gezondheid in de gaten wilden houden, maar we mochten ons gewicht zelf niet weten. Er werd verder ook niks over ons gewicht gezegd. Verder lag de focus hier ook totaal niet op het eten. Dit gaf mij echt ontzettend veel rust. Het weegmoment en het eten werden minder een ding, omdat ik het toch niet zag en de eetstoornis geen ruimte kreeg om moeilijk te doen over het eten. Hierdoor kreeg ik de kans om me te richten op de achterliggende problematiek van de eetstoornis. Voor mij is dit heel belangrijk geweest om te herstellen van de eetstoornis.

Toen ik deze therapie afsloot, had ik nog wel een soort van nazorg. Ik dacht toen wel sterk genoeg te zijn en wilde dolgraag mijn gewicht weten toen we ons weer moesten wegen. Waarschijnlijk had dit toch te maken met het willen hebben van controle. Ondanks dat mocht ik mijn gewicht wel gewoon weten. Achteraf gezien had ik dit beter helemaal niet kunnen doen, omdat ik direct daarna weer last kreeg van eetgestoorde gedachtes toen ik mijn gewicht weer zag. Ik denk dat iedereen met een eetstoornis dit wel herkent: je gewicht is nooit goed genoeg. Mijn gewicht was toen hartstikke gezond, maar volgens de eetstoornis was ik te zwaar. Alle goede stappen die ik in die weken daarvoor had gezet, leken opeens ontzettend stom. Waarom had ik dat gedaan? Op deze manier zou ik mezelf alleen maar vetmesten. Ik was stom geweest, ontzettend stom…

Zo stom was ik helemaal niet, want ik juist super goede stappen in de gezonde richting had gezet, maar op dat moment voelde dat allemaal als fout. Even leek ik weer helemaal terug bij af. Ik heb toen echt veel met hulpverleners en mensen om mij heen moeten praten om mezelf weer een beetje op het juiste pad te krijgen. Als ik dat niet had gedaan, dan had ik sowieso gelijk weer toegegeven aan de eetstoornis.

De wijze les die ik uit deze gebeurtenis heb getrokken, is dat de weegschaal gewoon te veel met mij doet. Ik heb daarom ook besloten om mezelf gewoon nog maar amper te wegen. Als iets je op zo’n negatieve manier beïnvloed, dan is het beter om dat dan uit je leven te bannen. Het kan je dan ook niet meer negatief beïnvloeden.

Deze keuze om me niet meer te wegen, heeft me dus enorm geholpen tijdens mijn herstel. Ik begon veel meer waarde te hechten aan hoe lekker ik in mijn vel zat dan aan mijn gewicht. In mijn ogen is dat ook het belangrijkste. Gewicht zegt eigenlijk niet zo heel veel, maar in de ogen van de eetstoornis wel. De eetstoornis vertelt jou echter leugens. De eetstoornis gebruikt de weegschaal om jou te manipuleren en voor de gek te houden.

Zelfs nu ik al echt een aantal jaar geen eetstoornis meer heb, weeg ik mezelf nog steeds amper. Ik denk dat je het aantal keer dat ik mezelf heb gewogen op één hand kan tellen. Ik heb dan ook geen weegschaal thuis. De laatste keer dat ik mezelf woog, gebeurde er iets geks. Tijdens mijn eetstoornis had ik namelijk altijd een bepaald gewicht in mijn hoofd waar ik gewoon nooit overheen wilde. Al die jaren ben ik daar ook nooit overheen gegaan. Dit deed ik niet expres. Die paar keer dat ik mezelf namelijk woog, woog ik altijd ongeveer hetzelfde. Ik denk dat dat gewicht dan ook gewoon bij mijn lichaam paste.

Maar de laatste keer dat ik mezelf woog, zat ik over dat gewicht heen. Dit gaf me toch een raar gevoel. Ik besefte me dat ik over dat getalletje zat en dat ik dit vroeger heel erg had gevonden. Ik dacht altijd dat de wereld bij wijze van zou vergaan als ik zwaarder zou zijn dan dat en dat ik echt niet meer met mezelf zou kunnen leven. En nu opeens was ik dan zwaarder dan dat en ik kan prima met mezelf leve. Het was raar, maar tegelijkertijd voelde ik ook een enorme opluchting door mezelf heengaan. Ik ben dus zwaarder dan ooit, maar ik ben ook echt gelukkiger dan ooit. Dat gelukkige gevoel is mij 10x meer waard dan het getal op de weegschaal!

Danique

Geschreven door Danique

Reacties

6 reacties op “Mijn relatie met de weegschaal”

  1. heel herkenbaar,heb zelf ook het besluit genomen de weegschaal de deur uit te doen ik voel mij er beter door dat ik er geen heb.heb nu zoiets van ik merk wel wanneer ik zwaarder word,maar eigenlijk denk ik hetzelfde als jij danique ik ben nu gelukkiger dan ooit en ben steeds minder met mijn eetstoornis nao en voel mij een stuk vrijer.toen was het nooit goed genoeg en nu ben ik goed zoals ik ben en heb een lichaam dat bij mij past.

  2. Dit is echt heel herkenbaar! Voor mij werkt wegen ook averechts en in therapie heb ik het ook heel moeilijk gevonden dat de focus er zo op lag (zelfde met het bijhouden van eetlijsten trouwens). Ik probeer nu om me zo weinig mogelijk te wegen en als ik het toch een keer wil weten dan mag het alleen als ik echt goed in mijn vel zit. Anders heeft het teveel invloed. Ooit hoop ik tevreden te kunnen zijn als ik een gezond gewicht heb bereikt en dan ook te kunnen zien dat het stabiel blijft. Vind het vooral ook motiverend om te lezen dat jij nu gewoon gelukkig bent, ongeacht wat de weegschaal aangeeft 🙂

  3. Goede blog Danique! Vooral dat laatste wat je vertelt vind ik mooi.

  4. Heel frustrerend hoe de weegschaal mijn stemming beïnvloed. Een paar honderd gram erbij en ik gun mezelf de hele week niks lekkers. Een paar honderd gram eraf lijkt soms een vrijbrief om wel eens een keer wat lekkers te eten.

  5. Poeh wat herkenbaar weer, Danique. Een weegschaal is bij net dat duwtje in de verkeerde richting (naar restrictie of juist eetbuien). Het niet-wegen geeft me veel meer rust. Deze keer probeer ik meer op mijn lichaam en algehele gemoedstoestand te vertrouwen. En dan pas ga ik weer af en toe op de weegschaal om te checken of ik nog in de gezonde range zit. De weegschaal dus gebruiken als meetinstrument waarvoor ie echt bedoeld is in plaats van als “emotionele thermometer”…:)

  6. Deze blog had ik echt even nodig.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *