Toen ik vorige maand trots aan een aantal vriendinnen vertelde dat ik weer ben begonnen met hardlopen, waren eigenlijk alle reacties hetzelfde. ‘Kijk je wel uit?’, ‘Pas je op dat je niet meteen te snel gaat?’, ‘Luister je wel naar je lichaam?’ Mensen die mij iets langer kennen dan vandaag, weten dat ik een aantal jaar geleden een sportverslaving heb gehad, en met deze gedachte begrijp ik de reacties eigenlijk best wel goed.
Deze sportverslaving uitte zich bij mij in extreem veel en lang hardlopen, thuis oefeningen doen wanneer ik de kans had, en veel wandelen. Je zou zeggen, met een actieve levensstijl is toch niet zoveel mis? En nee, dat klopt zeker. Maar er gaat misschien iets niet helemaal goed als je continue bezig bent met het volgende sport moment, en het obsessief calorieën verbranden. Naast het vele bewegen at ik ook niet veel, en zeker niet genoeg. Mijn hoofd was te druk met het plannen en organiseren. Hoe zorg ik ervoor dat ik tussen de bedrijven door nog kan hardlopen?
Veel deed ik stiekem. Ik probeerde er dan ook voor te zorgen dat anderen druk waren, zodat ik alleen thuis was en mijn gang kon gaan. Dit zorgde ervoor dat mensen uiteindelijk minder vertrouwde, omdat ze wel aanvoelden dat er iets niet klopte.
Toen ik in een intensief therapie traject begon, merkte ik pas hoe obsessief ik eigenlijk met sporten bezig was. Ik leerde wat voor anderen normaal was, en toen pas kon ik zien hoe verstoord mijn relatie met bewegen eigenlijk was. Ik leerde hoe ik op een gezonde manier actief kon zijn, en ben langzaam begonnen met afbouwen. Het hardlopen werd uiteindelijk wandelen, en met de oefeningen thuis ben ik uiteindelijk helemaal gestopt.
Wat ik opnieuw heb moeten leren is mijn grenzen aan kunnen voelen en hier naar kunnen handelen. Ik ben veel door mijn eigen pijn heen gegaan, en dit zorgde ervoor dat ik uiteindelijk niet maar naar mijn lichaam kon luisteren, puur omdat ik de signalen niet meer echt begreep. Dit vond ik ontzettend moeilijk, maar ik ben heel blij dat ik hier aan gewerkt heb. Ik kan nu beter naar mijn lichaam luisteren, en het geven wat het nodig heeft, zonder het af te beulen en kapot te maken.
Nu, een aantal jaar later, merk ik dat ik het nog steeds lastig vind om een goeie balans hierin te vinden. Ik heb de neiging om snel door te slaan in het bewegen, en moet mijzelf dan ook regelmatig een halt toe roepen. Gelukkig weten veel mensen uit mijn directe omgeving hiervan af, en ook zij zeggen hier wel eens iets van, en dit kan ik nu ook accepteren. Het besef dat mijn lichaam aangeeft wat het nodig heeft was voor mij heel belangrijk. Daarnaast hielp het mij ook om hierover in gesprek te blijven, en mijn moeites aan te geven.
Dit is een proces geweest wat veel energie en tijd gekost heeft, maar het geeft je ook zoveel waardevols. Mijn hoofd is veel rustiger en ik ben veel minder gehaast. Ik heb weer tijd en ruimte om leuke dingen te doen, en hier ook weer van te genieten.
Kan jij je grenzen aanvoelen en hier naar luisteren?
Geef een reactie