Accepteren dat je je slecht voelt kan heel lastig zijn. Ikzelf had altijd de neiging om zo snel en hard mogelijk te vechten tegen deze gevoelens. Ik wilde er van af, ik wilde ze liever niet voelen én ik moest me niet zo aanstellen. Dit zorgde er soms voor dat ik me nog slechter ging voelen over mezelf dan ik me al voelde. De boosheid richting mezelf verergerde mijn negatieve stemming en hield deze langer in stand dan nodig. Eén van de betere adviezen die ik ooit kreeg in therapie, was het gevoel er gewoon te laten zijn. Uit recent onderzoek van de universiteit van Berkeley blijkt ook dat door te accepteren dat je een slechte bui hebt, je je op de lange termijn juist beter voelt.
Toen ik jaren geleden in therapie was had ik vrij veel moeite met de weekenden. Ik was dan vaak alleen en had weinig omhanden. Dit zorgde ervoor dat ik me slecht en eenzaam voelde en niet goed wist hoe ik de dag door moest komen. In plaats van mezelf af en toe gewoon even een uurtje op de bank of in bed te gunnen, vocht ik tegen die negatieve gevoelens, was ik boos op mezelf en voelde ik me schuldig. Hierdoor hield ik indirect en onbewust de negativiteit het hele weekend in stand.
Pas toen ik het advies van een therapeut ter harte nam om af en toe maar eens te accepteren dat ik me slecht voelde, werden de weekenden vreemd genoeg beter…
Ik stond mezelf toe om een uurtje of twee in bed te gaan liggen. Ik nam mijn gevoel serieus en werd milder richting mezelf. Ik leerde dat het niet erg was om me slecht te voelen en kreeg steeds meer vertrouwen in het idee dat die negatieve gevoelens ook wel weer voorbij gingen. In plaats van boos te worden op mezelf en tegen mezelf en die gevoelens te vechten, leerde ik mededogen te tonen richting mijzelf en te erkennen dat ik het niet makkelijk had. Dat gaf me veel lucht en vrijheid.
“Uit de onderzoeken blijkt dat personen die negatieve emoties omarmen, minder snel opnieuw dit soort gevoelens ervaren. Dat leidt uiteindelijk tot een betere psychische gezondheid”, aldus een deelnemende professor van het onderzoek.
Wetenschappers van de universiteit van Berkeley voerden drie verschillende onderzoeken uit met ruim 1000 deelnemers om voorgaande aan te tonen. Het eerste onderzoek omvatte een vragenlijst waarbij de deelnemers allerlei stellingen over hun gevoelens moesten beantwoorden. Uit de vragenlijsten bleek dat mensen die zich niet per se slecht voelden over een negatieve stemming, over het algemeen hoger scoorden op ‘welbevinden’ dan mensen die deze negatieve gevoelens niet accepteerden.
Verder werd aan 150 personen gevraagd om een 3 minuten durende sollicitatie op camera op te nemen met daarin een verhaal over hun kwaliteiten. De personen die negatieve gevoelens liever uit de weggingen, bleken tijdens deze opdracht meer last van stress te hebben dan de andere groep. Bij de derde opdracht moest er door 200 mensen een dagboek worden bijgehouden. De groep mensen die een negatieve stemming niet goed konden accepteren, bleek meer last te hebben van de kenmerken van een stemmingsstoornis dan de groep die negatieve gevoelens wel kon accepteren.
Het accepteren van negatieve gevoelens staat misschien ook wel een beetje in verband met het voortdurend najagen van geluk. Hoe meer ik de focus vroeger legde op “Ik moet gelukkig zijn”, hoe minder gelukkig ik was en hoe meer teleurgesteld ik in mijzelf en mijn omgeving raakte. Het leven is niet perfect, de mensen om je heen zijn niet perfect en je kunt niet non stop en 100% gelukkig zijn. Het leven bevat nou eenmaal ook veel verdrietige tijden, dat hoort erbij. Juist door die te accepteren en te doorleven, kan je extra gevoel van geluk ervaren als het wél goed gaat…
Meer onderzoek is nodig, ook met het oog op de invloed van cultuur en opvoeding.
Geef een reactie