In sommige kledingwinkels, waaronder kleine boetiekjes, goedkope kledingwinkels of bij hippe ketens zoals Brandy Melville kun je kleding in de rekken vinden in één maat en de strekking van het woord ‘One Size’ op het label is dat hij iedereen zou moeten passen. Maar is dat ook zo? Hoe vaak heb ik niet een broek aangetrokken die ik amper dicht kreeg of waarbij ik hoog water had? Hoe komen die winkels er toch bij dat er een maat zou zijn die bij iedereen past?
Als je normaal gesproken maat XS hebt, slobberen sommige kledingstukken in ‘one size’ enorm en als je een L hebt, moet je jezelf in het topje proppen. Of een One Size valt in een zelfde winkel bij het ene T-shirt veel te groot, en bij het andere T-shirt veel te klein. Alleen iemand met een hele gemiddelde, vaak kleine maat kan het kledingstuk vaak dragen zoals het bedoeld is en zoals het op de website of in de etalage te zien is. Dit soort winkels of kleding-labeltjes wekken bij mij dan ook regelmatig de nodige irritatie op.
Vroeger ging ik bijna aan mezelf twijfelen. Was ik dan zo abnormaal? Ik was toch best slank, waarom paste ik de ‘one size’ dan niet? Dat zou toch een hele gemiddelde maat moeten zijn? Was ik niet gemiddeld? Was ik dan echt zo lang? Had ik echt zulke lange armen? Waren mijn heupen dan toch breder dan ik eigenlijk dacht? Was ik te dik?
Als je een eetstoornis hebt, ben je misschien wel heel erg gericht op kledingmaten. Juist dan kan het zien van ‘One Size’ juist prettig zijn, omdat je je dan niet druk hoeft te maken om de maat, het getal. Maar het kan dus ook lastig zijn. Letten op kledingmaten was een van mijn valkuilen toen ik nog een eetstoornis had. Ik lette er heel erg op, ook bij anderen en als ik iets niet paste in een hele kleine maat of een kledingstuk in ‘one size’, dan begon ik enorm aan mezelf te twijfelen.
Ik vond mezelf niet snel mooi in die tijd, twijfelde enorm over hoe ik eruit zag en had een sterke wens om dunner te zijn dan ik al was. Dat had allerlei redenen, maar eentje daarvan was de wedstrijd met perfectionisme die ik had aangespannen. Een wedstrijdje met mezelf, een heel destructief wedstrijdje…
Een kledingstuk dat niet paste of klein viel, was voor mij dan ook een grote trigger om me nog meer te richten afvallen, eten, mijn omvang, mijn gewicht en alles waarmee ik ervoor kon zorgen dat dat cijfertje omlaag ging. Minder, minder, totdat ik juist zo weinig at dat ik weer teveel ging eten en teleurgesteld raakte in mezelf. Wat een kledingmaatje al niet met je kan doen als je een eetstoornis of negatief zelfbeeld hebt.
We kunnen natuurlijk boos worden op de winkels die kleine one size (fits all) kledingstukken verkopen. We kunnen ze mailen, bellen of in de winkel vragen waarom ze dit doen. Dat is in sommige gevallen helemaal niet zo’n gek idee. Brandy Melville kwam door hun enkele maten al eerder in opspraak. Alleen vrouwen met kledingmaat S of XS passen de maat die zij hanteren en dit zou niet goed zijn voor het zelfbeeld van jonge meisjes en vrouwen.
Laten we alsjeblieft gewoon lekker veel kledingmaten in de winkels hangen. In lengte en in breedte. Ik weet dat het misschien lastig is voor sommige winkels, maar ik denk dat de consument er uiteindelijk juist heel blij van wordt. Je voelt je niet meer afgewezen door een kledingwinkel of keten omdat de kleding je niet past, dus kun je er juist eindelijk ook winkelen. Minder teleurstelling, meer mogelijkheden om te winkelen.
Daarnaast denk ik dat we de schuld van een negatief zelfbeeld of eetstoornis zeker niet bij een kledingwinkel of de modewereld moeten leggen. Een eetstoornis of ander probleem met zelfbeeld komt van heel diep, van binnenuit. Dat gaat over meer dan uiterlijk. Wel kan het versterkt worden door alle beelden en verwachtingen die worden geschept van jonge vrouwen.
Erger jij je ook wel eens aan kleine kledingmaten of winkels met ‘one size’ kleding, dan ben ik benieuwd hoe jij hierover denkt! Laat gerust je reactie achter! En, heb je tips voor winkels waar ze wel heel veel verschillende maten verkopen, laat dat dan ook weten.
♥
Geef een reactie