Pak die hand en accepteer hulp

Mijn naam is Megan, ik ben 21 jaar, heb een waslijst aan diagnoses waarvan één luidt: chronische eetstoornis NAO. Inmiddels huppel ik al meer dan tien jaar rond in de psychiatrie en heb ik meer behandelaren gezien, therapieën gevolgd en medicatie geslikt dan ik durf te tellen. Maar dit verhaal gaat niet alleen over mij en de eetstoornis. Dit verhaal gaat ook over een behandelaar – laten we haar Joy noemen (zo heet mijn hond).

Al zo lang ik mij kan herinneren heb ik moeite met eten, fysiek contact, oogcontact, verbinding; de hele meuk. Afgelopen januari begon ik bij een nieuwe instelling en kreeg ik een nieuwe behandelaar, Joy. Direct had ik door dat ze anders was. Niet ‘ze zou me kunnen genezen’-anders, maar ‘ik zal haar niet snel om de tuin kunnen leiden’-anders. Natuurlijk beangstigde dit mij, maar ik besloot haar een kans te geven. Ik kreeg vrij snel een droom, nachtmerrie voor mijn gevoel. We zaten in een kamer samen en ik moest haar handen vasthouden, haar aankijken, terwijl ik huilde. Met eten ging het toen al slechter en dit had ze door, dus toen ze erachter kwam van de droom werd het bijna iets symbolisch. Vrijwel elke sessie kon ik toen rekenen op het horen van de zin: “Megan, pak mijn hand aan, accepteer mijn hulp.”

Maar ik was te bang, zakte steeds verder af, duwde iedereen steeds verder weg. In mijn hoofd was het niet erg genoeg, stelde ik mij aan, kon ik het wel alleen, viel het wel mee. Ik loog zo hard dat ik het zelf begon te geloven. Maar eigenlijks was ik gewoon bang. Zo verschrikkelijk bang om te moeten voelen, hulp te accepteren. En als ik heel eerlijk ben, snap ik niet eens precies meer waarom ik zo bang was. Want hoe langer je voor iets wegrent, hoe groter je het laat worden en hoe enger je het laat worden. De copingmechanismen die ik aan het inzetten was, zorgden waarschijnlijk voor alleen maar meer angst. Uiteindelijk lukte het mij om de droom te vertellen, uit te schrijven wat het betekende en welke thema’s er in voor kwamen. Het waren vier pagina’s vol. Zij vond het enorm waardevol. Ik vond het walgelijk.

Februari liep ten einde en ik zakte alleen maar dieper weg. “Megan, pak alsjeblieft mijn hand aan, ik laat niet los, ik ga nergens heen.” Mijn ouders begonnen zich steeds meer zorgen te maken. Waar ik er in januari nog gezond en energievol uitzag, werd dit langzaam minder. En hoe langer ik mensen wegdrukte, hoe lastiger het werd om toenadering te zoeken en hulp te accepteren. In de eerste week van maart wilde ik met een vriendin naar de Efteling en mocht ik van mijn ouders de auto niet meer mee. Ik was woest, begreep het oprecht niet. Ik was toch gezond? Ze wilden mij zien eten en er moest een passende oplossing komen. Dus toen ik de dag erna naar Joy ging, hebben we besloten dat zij me wekelijks ging wegen. Nadat ze me had gewogen zaten we tegenover elkaar. Eerst in complete stilte, nog geen minuut later met verheven stemmen in een verhitte discussie. Want ook al had ik nog een gezond BMI, het zou niet lang meer duren voordat het niet zo was.

Ik vond het allemaal aanstellerij, het viel wel mee. Maar ik was gewoon bang. Bang om te voelen, de controle kwijt te raken en haar hand vast te moeten pakken. Het gesprek daarna zag ik iets in haar ogen wat mij niet eerder zo erg – of überhaupt – bij een behandelaar was opgevallen. Joy heeft geen opleiding gedaan voor eetstoornissen of er veel ervaring mee, maar we hadden het over mijn gevoel van aanstellen, dat het goed ging en weet ik veel wat. En ik zag dat ze zich oprecht zorgen maakte. Dat toen ik mijn monoloog hield over waarom iedereen op moest houden met zeuren er iets in haar brak, dat zij brak. Het was geen boosheid, ze werd gewoon stil en zei uiteindelijk : “Megan, pak alsjeblieft mijn hand aan, ik beloof je dat ik je niet los laat.” Beloftes zijn heilig, die breek je niet. Dit wist ze, ze had tot die tijd ook expres nog niet eerder een belofte gemaakt of van mij gevraagd iets te beloven als ik dit niet kon. Ze was serieus, ze meende het, ik had haar hand aan moeten pakken. Maar ik was te bang en schoot door. Dit was halverwege maart. En toen kwam de intelligente lockdown in verband met het coronavirus; de perfecte vermijding.

Hierna ging het hard. Ik sloot me af voor alles en iedereen. Er was geen contact meer met mij mogelijk. Constant had ik ergens dat stemmetje in mijn achterhoofd dat het fout ging – snel. Dat ik haar hand had moeten aanpakken toen het nog kon. Maar het mocht niet van mijzelf. Het was te laat, het was niet erg of goed genoeg en ik moest me maar niet zo aanstellen. Dit is natuurlijk allemaal dikke onzin. Het is nooit te laat om hulp te accepteren, het is altijd erg genoeg en je stelt je nooit aan. Wie je ook bent, wat je gedachten ook zijn, wat je probleem ook is. Natuurlijk heb ik hier nog steeds enorm veel moeite mee, maar echt; de schade die je jezelf aan kunt doen door jezelf van hulp te onthouden, is zoveel groter dan wat je reden ook is om het niet te doen.

De maandag voor het paasweekend begon mijn ‘crisisweek’. Mijn ouders waren bang, de buren waren zelfs bang, de buurkinderen durfden zelfs niks meer tegen mij te zeggen. Maar die maandag stuurde ik Joy een WhatsApp-bericht. Het ging misschien niet zo goed. Ze werkt alleen op woensdag tot en met vrijdag, maar ze besloot die maandag een video belafspraak in te plannen. Twee uur lang. Op dinsdag liet ze me nadenken en schrijven en op woensdag hadden we weer een afspraak. Na een uur praten hielden we even pauze. Ik moest met mijn ouder gaan praten en zij met mijn psychiater, want er moest iets veranderen. Ik had nog nooit zo diep gezeten mentaal of fysiek op gebied van eetstoornis, nog nooit nutridrink – laat staan sondevoeding – gehad omdat ik een behandelverbod heb. Dus iedereen zat met zijn handen in het haar. Na een half uur kwam ik weer terug. Ze keek mij aan, ik keek overal behalve naar het scherm. Ik begon eerst een monoloog van tien minuten te houden over als ze het zou wagen om weg te gaan en wat ik dan wel niet zou doen, maar eindigde met: “Oké, ik pak je hand aan.”

Het was een hel. Op goede vrijdag werd ik opgenomen in het ziekenhuis en ik heb ruim een maand met sondevoeding gelopen. Nog steeds ben ik bang voor heel veel dingen, moet ik nog door heel veel pijn heen gaan en ben ik nog maar net begonnen. Nog steeds gaat het bagger. Laten we heel eerlijk zijn; dit proces gaat nou eenmaal niet snel of gemakkelijk. Joy en ik hebben allebei geen idee wat we precies aan het doen zijn omdat we hier geen ervaring mee hebben. Maar zij heeft ondersteuning vanuit haar organisatie en ik heb ondersteuning vanuit haar. En ook al gaat het bagger, ook al is het nog steeds dagelijks een gevecht – en heb ik dit echt enorm zwaar onderschat – ik ben blij dat uiteindelijk ik haar hand heb aangepakt. Maar ik had het zo graag zo veel eerder willen doen.

Misschien als ik haar hand eerder had aangepakt was ik alsnog in het ziekenhuis beland, was ik alsnog zo diep gegaan, ook mentaal, maar dan had ik het tenminste niet alleen gedaan. Zoals ik eerder ook al schreef; de copingmechanismen die ik had, zorgden waarschijnlijk alleen maar voor meer angst. Hoe langer je iets uit de weg gaat, hoe meer ruimte het krijgt om te groeien, om enger te worden. En nu ik haar hand heb aangepakt betekent het niet dat het contact ook direct soepel gaat, maar het is ook voor mijzelf een herinnering aan waar ik doorheen ging en waar ik niet meer doorheen wil.

De reden dat ik dit verhaal deel en het op deze manier heb geschreven, is omdat ik echt hoop dat als je dit leest en om wat voor reden dan ook bang bent om hulp te vragen of te accepteren, ik je wil zeggen: wees bang, maar doe het wel. Doe het stap voor stap. De eerste stap is om iemand hand aan te pakken. Wat daarna gebeurt, zie je dan wel weer. Maar angsten overwinnen – welke angst, hoe groot of klein dan ook – is domweg gewoon eraan beginnen. Samen.

Nadine

Geschreven door Nadine

Reacties

10 reacties op “Pak die hand en accepteer hulp”

  1. Mooi verwoord Megan,

    Ik begrijp en herken je angsten, hulp aanvaarden is een van de moeilijkste maar ook een van de dapperste dingen die je kunt doen.
    Ik wens je echt super veel succes en sterkte in de komende tijd om je strijd aan te gaan en je diagnoses de baas te worden! uit je tekst lees ik dat je niet hebt opgegevenen dat vind ik fijn te lezen! jaren lang van psychiatrie en je bent er nog! je doet het nog! knap meid! zet hem op!

    Liefs Kim

  2. Je hebt het mooi opgeschreven en ik wil je heel veel sterkte wensen!Je hebt al zo’n lange weg achter de rug maar je vecht nog steeds en geeft niet op! Echt heel erg knap en ga zo door!Je bent het waard!Veel liefs!

  3. Wat prachtig geschreven! 🙂

  4. Mooi geschreven! En wauw, wat ben je dapper!!

  5. Mooie blog! ik herken er veel in!
    Bedankt om dit te delen en heel veel sterkte nog!

  6. mooi geschreven

  7. Lieve lieve Megan
    Dit bericht brengt tranen in mijn ogen.
    Ik schrijf een boek zou ik je mogen interviewen
    Groet van mij

  8. Hi allemaal,

    Wat een lieve berichten, weet niet zo goed hoe ik erop moet reageren. Maar bedankt, duizend maal bedankt voor de lieve woorden.

    Noa, het ligt er natuurlijk heel erg aan wat/hoe je het in je hoofd hebt. Maar ik sta open om hierover te sparren. Kijken wat je precies zoekt etc. Ik heb wel een e-mail adres die ik voor dit soort relatief anonieme zaken gebruik. Weet alleen niet hoe we dan het beste in contact kunnen komen.

    Veel liefs,

    Megan

    1. Hallo Megan en Noa, als jullie met elkaar in contact willen komen mogen julli even een mailtje sturen naar redactie@proud2bme.nl en zullen wij jullie aan elkaar koppelen!

  9. Wow deze blog. Komt kei hard binnen
    Ik zit hier denk ik nu echt midden in en loop alleen meer weg, zowel letterlijk als figuurlijk.

    Deze blog is al een tijd geleden geschreven, ik hoop echt dat het nu een stuk beter met je gaat.

    Bedankt voor deze blog.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *