Tja, daar sta ik dan, met mijn koffertje voor de kliniek. Allerlei verschillende gedachten gaan er in mij om. Hoe lang zal ik hier blijven? Mijn veilige thuis omgeving ga ik missen. Wie zitten er allemaal in de groep? Ik zal vast de dikste zijn van de groep. Mijn eetstoornis, ach dat valt vast allemaal wel mee. Mijn ouders zijn bij mij. Als de dag van gisteren herinner ik me hoe ik in de auto zat. Bang, bang als een klein meisje, terwijl ik 18 ben en jongvolwassen zou moeten zijn.
Bidden
Daar zit ik dan. Ik kom binnen met de lunch. Iedereen kijkt me aan. Wie is zij? Weer een nieuw gezicht. Ik zie de anderen denken. Of denk ik? Mijn gedachten vliegen alle kanten op. Ik ga aan tafel zitten en naast mij zit de begeleider. Ik moet nog beginnen voor het eten. Ik bid voor mijn eten. Zelf denk ik: wat zullen ze wel niet denken? Ze wil niet eens eten, en toch bid ze voor haar eten. Bidden. Ja, waarom bid je nog voor je eten als je het eigenlijk niet wilt, als mijn anorexia het niet wil, het niet mag. Maar ik weet dat het gebed me juist kracht geeft, ondanks alle tegenstrijdige gedachten. Ik ben niet alleen. God kijkt mee. God weet van mij af. God leidt mijn leven.
Zondag
De dagen gaan voorbij, de week is om. Het is weekend, dit weekend moet ik blijven. Mijn familie komt op bezoek. Maar dan komt de dag dat het zondag is. Zondags ga ik altijd naar de kerk. Iedere week weer, om te horen uit de Bijbel. Uit het boek dat kracht geeft, maar ook een spiegel voorhoudt. Deze zondag verblijf ik in de kliniek en toch wil ik graag naar een preek luisteren. Ik zit in de creatieve ruimte achter mijn laptop live mee te luisteren. Dat voelt wel alleen, normaal ga ik naar een kerk waar zo’n tweeduizend man in zit. En dan zit ik daar, in de kliniek met veel angsten en paniek. Maar wel wetend dat er een God is die op mij neer kijkt.
In de groep
Na 2 weken komt er een meisje binnen. Ik ken haar al vanuit de startgroep, ze gaat naar dezelfde kerk als dat ik ga. We voelen allebei dat het Gods leiding is dat we hier samen in de kliniek zitten. Het is onze ervaring dat als je er zelf eerlijk en open over durft te zijn, dat anderen je christen zijn accepteren en er vragen over stellen. Uit deze vragen kwamen veel mooie gesprekken. Wij als christelijke meiden werden binnen de groep geaccepteerd, maar wij accepteerden hen ook.
Nooit alleen
Op een avond schiet mij opeens iets te binnen. Ik loop naar de groep en vraag: wat doen jullie trouwens als je naar bed gaat? Waar gaan jullie met je gedachten heen? Schrijf je het op? Of praat je tegen de muur? “Ik ga gewoon slapen”, zegt er een. Die avond loop ik wat in de war naar mijn kamer. Ik besef me hoe fijn en hoe mooi het is dat ik bij God mijn zorgen kwijt kan, dat ik God vertellen kan wat ik moeilijk vindt. Hij is er, Hij kijkt mee, hoe moeilijk het soms ook is in iemands leven. God geeft ons moeilijkheden nooit om ons tot ondergang te brengen, maar juist dat we door door moeilijke wegen bij Hem komen.
Gods weg
Nu lijkt het misschien voor jullie alsof het zo makkelijk is. Geloof en de Bijbel, en zelf ziek zijn. Vaak keek ik opstandig naar buiten of zat ik weer te piekeren in bed. Waarom geeft God mij deze ziektes? Waarom ik? Waarom, waarom? Ga maar door. Maar ondanks mijn ongeloof weet ik ook wel dat God met ieder leven, ook die van jou, een bedoeling heeft. Misschien worstel je zelf ergens mee. Ga ermee naar God en vertel het Hem. Misschien geloof je er niet meer in.
Misschien ben je opstandig of noem maar op. Ik weet niet wat voor bedoeling God heeft met alles wat er in mijn leven is gebeurd. Maar ooit zal ik erachter komen. In ieder geval is het lijden niet voor niets. Jezus heeft het zwaarste kruis gedragen, dus wie ben ik om te zeggen dat ik niet zou mogen lijden? Gods wegen zijn soms onbegrijpelijk, maar breng ook dat in je gebed mee tot God.
Voor mij is het gevecht tegen mijn anorexia en PTSS nog niet klaar, maar ik breng het bij God. Hij is mijn Gids en mijn Leidsman. Hij geeft kracht en moed. Ook voor jou?!
Geef een reactie