Toen ik nog in mijn oude woonplaats naar de sportschool ging, zag ik vaak dezelfde mensen daar. Tussen de oefeningen door bestudeerde ik hen stiekem ook. Er was een meisje daar en zij viel mij altijd op. Ze was dun, heel dun. Ik keek vaak naar welke oefeningen zij deed en ik herkende mezelf in haar. Ze deed namelijk precies dezelfde oefeningen als die ik tijdens mijn eetstoornis deed.
Ik zag haar altijd heel hard bewegen op verschillende cardioapparaten. Na die cardiosessies trainde ze altijd haar buik en deed ze wat oefeningen voor haar benen. Precies die dingen ik deed toen ik nog een eetstoornis had. Cardio om calorieën te verbranden en oefeningen voor mijn benen en buik, omdat ik vond dat dat mijn ‘probleemzones’ waren.
Dat meisje in de sportschool ging er met de week slechter uitzien. Toch bleef ze stug haar oefeningen doen. Soms twijfelde ik of ik niet naar haar toe moest gaan om te benoemen wat ik zag en om te vragen of het wel goed met haar ging, omdat ik het herkende uit mijn eigen eetstoornistijd. Het verbaasde me ook dat het personeel in de sportschool haar nooit aansprak.
Het lijkt me dat je als medewerker de klanten die in jouw sportschool komen een beetje in de gaten houdt. In mijn sportschool gebeurde dat echter niet. Nu ligt dat misschien aan het feit dat het een goedkope sportschool is, maar toch. Er loopt daar ook een personeel rond om je uit te leggen hoe je bijvoorbeeld een oefening moet doen of aan wie je advies kan vragen. In duurdere sportscholen is dat vaak wel, maar ik weet niet of ze daar ook echt op klanten letten die wellicht een beetje doorslaan in het sporten. Ik ben echter wel van mening dat dat zou moeten gebeuren.
In september vond er in Kroatië een bijeenkomst plaats van het International Anorexia Project “Brighter Side of Exercise”. Hier kwamen professionals en ervaringsdeskundigen bijeen om een stappenplan voor eetstoornissen in relatie tot de fitnessbranche te maken. In deze blog staan alvast tien praktische tips uit dat stappenplan. Het zijn tips die je als medewerker van de sportschool toe kan passen, maar het zijn ook tips die je toe kan passen als je het als ander lid van de sportschool bij iemand ziet gebeuren. De rest van de uitkomsten van het project moeten nog verder worden uitgewerkt.
1. Zeg nooit wat iemand wel of niet moet doen
Het is beter als je iemand met een eetstoornis bewust maakt van de gevolgen van de gemaakte keuzes. Je kan iemand bijvoorbeeld wel verbieden dat ze niet meerdere malen per dag moet sporten, maar dat helpt vaak niet. Het werkt beter om uit te leggen wat de consequenties zijn van zo vaak per dag sporten.
2. Houd de focus op het plezier en de gezondheid
Mensen met eetstoornissen zijn vaak geobsedeerd met getallen. Het getal op de weegschaal, het aantal calorieën dat een cardioapparaat aangeeft, het vetpercentage etc. Het helpt niet om hier nog meer op te focussen bij iemand met een eetstoornis, omdat ze dat zelf al doen. Probeer juist meer te focussen op het plezier hebben in sport en wat sporten met de gezondheid doet.
3. Probeer mogelijke uitingen van eetstoornissen te herkennen
Dit is eigenlijk wat ik deed in de sportschool. Ik hield dat meisje in de gaten om te kijken of ik eetstoornisgedrag naar voren zag komen. Ik zag haar altijd extreem hard haar best doen en ze stopte pas na een bepaalde tijd met de cardioapparaten. Waarschijnlijk had ze dan zoveel calorieën verbrandt of moest ze van zichzelf minimaal zolang op dat apparaat zitten. Elke keer weer deed ze precies hetzelfde. Het zag er niet uit alsof ze er plezier aan beleefde. Ze maakte tijdens het sporten ook geen contact met andere mensen. Probeer zulk soort uitingen dus te herkennen. Andere voorbeelden kunnen zijn dat iemand erg gefocust is op de getallen (wegen in de sportschool, gewicht, vetpercentage), dat iemand weinig zelfvertrouwen heeft, nooit tevreden is en natuurlijk dat iemand in korte tijd veel gewicht verliest.
4. Benader degene van wie jij vermoedt dat ze een eetstoornis heeft in de sportschool op de juiste wijze
Het is belangrijk om eerst vertrouwen te winnen als je met iemand het gesprek erover aangaat. Zorg ervoor dat je een-op-een een gesprek hebt en dus niet midden in de sportschool waar iedereen bij is. Ga niet te snel. Probeer te benoemen wat je ziet, maar hang hier geen oordeel aan.
5. Ga samen opzoek naar de juiste hulp
Zodra je bovenstaande hebt gedaan, kan je samen met diegene kijken naar wat jullie eraan kunnen doen. Kijk naar wie jullie hierbij uit de omgeving van diegene kunnen betrekken als diegene daarvoor open staat.
6. Geef complimenten over iemand als persoon
Het is niet helpend om complimenten te geven over het lichaam of uiterlijk van iemand. Dat kan namelijk juist een trigger zijn om nog meer af te vallen. Geef dus vooral complimenten over hoe iemand als persoon is.
7. Zorg voor een positief imago van het fitnesscentrum
Probeer er in jouw sportschool voor te zorgen dat het accent meer op het welzijn komt te liggen dan op het uiterlijk. Tegenwoordig gebeurt namelijk vooral dat laatste, omdat fitness zo’n enorme hype is geworden om zogenaamd je ‘droomlichaam’ te creëren. Probeer de doelstelling dus niet te veel te leggen op bijvoorbeeld x kilo in spier aankomen of x kilo afvallen, maar kijk juist naar het achterliggende. Waarom wil iemand afvallen en hoe zou diegene zich voelen als deze doelstelling is bereikt?
8. Leg het accent op gedragsveranderingen
Probeer in jouw sportschool geen reclame te maken door middel van voor en na foto’s waarbij iemand in x aantal weken veel kilo is afgevallen. Voor mensen met eetstoornissen kunnen zulk soort afbeeldingen juist behoorlijk triggerend werken. Het is belangrijker om gedragsveranderingen op lange termijn te realiseren en daar de focus op te leggen dan je alleen maar te richten op zulke korte termijn veranderingen.
9. Houd het klein
Leg de lat niet te hoog en houd de focus op kleine gedragsveranderingen die ook op lange termijn vol te houden zijn. Een grote verandering als drastisch in korte tijd heel veel kilo afvallen kan ervoor zorgen dat iemand het daarna heel moelijk vindt om weer normaal te gaan eten. Bij mensen met eetstoornissen is het vaak ‘alles of niets’.
10. Kijk naar welke sport iemand écht leuk vindt
Naast dat sporten een behoorlijk negatieve invloed op de eetstoornis kan hebben, kan het juist ook een positieve bijdrage leveren aan het herstel. Het is dan belangrijk dat iemand een sport doet die ze leuk vindt en waarbij je niet echt competitief hoeft te zijn. Zulk soort activiteiten moeten eigenlijk juist worden vermeden. Datzelfde geldt voor langdurige cardiotrainingen. Andere goede opties voor sport kunnen zijn yoga, badminton, krachttraining met minimale weerstand (vooral focussen op techniek) of zwemmen. Bij mensen met eetstoornissen kan het zo zijn dat de botdichtheid is verlaagd waardoor daar aandacht aan moet worden besteed.
Is er ooit iemand naar jou toegekomen in de sportschool?
Fotografie: Hamza Butt, Zoltán Gál &
Geef een reactie