Verlaat het schip!

Mijn eetstoornis omschreef ik altijd als een soort reddingsvest. Wanneer ik tijdens een storm van overweldigende emoties de controle verloor en ik figuurlijk overboord ging, greep ik naar mijn ongezonde eetpatronen om zo iets van die controle terug te krijgen. Meer dan tien jaar lang dreef ik af en aan rond in mijn reddingsvest, klampte me er wanhopig aan vast, ervan overtuigd dat het me zou redden.  

Vrouw kijkt naar schepen bij zonsondergang

Bron: Kittbui

Dit artikel is geschreven door een vrijwilliger van Proud2Bme. Je kunt haar regelmatig tegenkomen in de chats en op het forum. In deze serie blogs, neemt ze je mee in de functie van haar eetstoornis en haar ervaring met middelenmisbruik. Wil je meepraten over middelenmisbruik? Dinsdag 29 oktober zal ze hierover een themachat begeleiden. Meer informatie vind je in onze chatagenda.

Nep-stoornis

Als tiener wenste ik soms dat ik mijn benen zou breken of een ernstige ziekte zou krijgen, zodat de verwachtingen van anderen lager zouden worden – zelfs al waren die verwachtingen slechts aannames. Toen ik mijn benen niet brak en geen ernstige ziekte kreeg, creëerde ik er zelf één. Ja, je leest het goed: ik had mijn eetstoornis ‘verzonnen.’

Hoewel dit vrij onbewust ging, bracht dit een immense hoeveelheid schaamte met zich mee. Ik voelde me een bedriegster. Ik was helemaal niet ‘echt ziek’, als ik ermee wou stoppen ‘kon ik dat gewoon’. Mijn dagen bestonden uit rijstwafels, kou, telefoon vol met apps, notities en foto’s die te maken hadden met eten en niet-eten, haaruitval, isolatie en mijn favoriete websites die ik op dit moment 0/10 zou geven. Om hulp vragen? Dat lijkt me niet. Want dan moet je je reddingsvest afdoen en daar had ik geen behoefte aan. Wat moest iedereen ook wel niet denken! Komt zij weer aan met haar problemen. Het gaat ook nooit goed.

Trots en schaamte

Eigenlijk gaat een eetstoornis nooit echt over eten of gewicht. Voor mij draaide het om controle, zelfs toen het eindigde in een compleet verlies ervan. Het was een manier om de gedachtes en emoties die ik niet aankon te vermijden en diepere, duisterdere gevoelens op afstand houden, omdat het een constante afleiding was. De trots op mijn wilskracht ging hand in hand met de schaamte voor mijn obsessie en zelfvernietiging. Iedere stap vooruit voelde als een stap achteruit. Hoe paradoxaal het ook klinkt: de eetstoornis was zowel mijn gevangenis als mijn ontsnapping.  

Naast deze controledrang, was ik ook wanhopig op zoek naar erkenning. Diep van binnen was ik ervan overtuigd dat ik niet goed genoeg was en schaamde ik me voor mijn onuitstaanbare onvolmaaktheid. . Ik wou niets liever dan genoeg zijn, voldoen aan de veronderstelde verwachtingen van anderen. Ik ontdekte dat ik vaak overspoeld werd met het gevoel dat ik de verantwoordelijkheden die ik dacht te moeten dragen, niet aankon. Wanneer dit gebeurde, werd de druk simpelweg te groot. Het inzicht dat die verwachtingen zelf opgelegd waren en dat hier een gemis uit mijn jeugd aan ten grondslag lag, was belangrijk in mijn herstelproces.

Daarnaast voelde het voor mij alsof ik de mensen van wie ik hield voor de gek aan het houden was en misbruik van ze maakte – ik had de eetstoornis immers zelf verzonnen – en dat was iets wat ik absoluut niet wilde. Als anderen erachter zouden komen hoe het écht zat, dan zouden ze inzien dat ik eigenlijk een misleidend monster was. En dan? Dan zou iedereen me haten.  

Onvolwaardig, maar toch sterk 

Hoewel ik worstelde met mijn lichaam en mijn eetgedrag, mijn gewicht de gevarenzone had bereikt en zowel mijn lichaam als mijn geest langzaam achteruitgingen, bleef het voelen alsof de eetstoornis slechts een façade was om aandacht te trekken. Stoppen kon ik nog steeds, toch? Het meisje dat ik in de spiegel zag, schold ik dagelijks uit. Ik vond dat ik niks goeds meer verdiende. Het werd een vicieuze cirkel: hoe meer steun ik van anderen kreeg, hoe strenger ik mezelf veroordeelde en hoe harder ik mijn best deed om de schaamte en de toenemende machteloosheid te onderdrukken.  

Wat ik nu besef, is dat veel eetstoornissen zo beginnen. Ik heb leren erkennen dat het eigenlijk diep en diep triest is, dat iemand zich zó overspoeld en wanhopig kan voelen, dat ze zichzelf uithongert. Dat ze diep van binnen zo overtuigd is van haar ongeschiktheid, dat ze bereid is haar lichaam letterlijk te smeden tot één die beter bij haar past: klein en onvolwaardig. Al dit en meer, alleen maar om te laten zien dat ze iets waard is. Dat ze bestaansrecht heeft.  

Dit uiterste werd gek genoeg afgewisseld door het andere uiterste. Soms voelde ik me bijna superieur in mijn zelfdestructie. Niet alleen omdat het me troost bood, maar ook omdat het me kracht gaf. Alsof ik controle had over mijn pijn, terwijl anderen dit niet hadden. Daarnaast voelde ik me sterk, omdat anderen niet aan me merkten hoe slecht ik eraan toe was: ik wist alle balletjes nog al die tijd hoog te houden. Ik had een manier gevonden om me gezien te voelen in het verbergen van mijn zelfvernietiging. 

Blijven dobberen 

In therapie was ik al jaren, maar ik had nog nooit een goede behandeling of behandelaar gehad. Toen ik een bepaald BMI had aangetikt, liet mijn behandelaar me dezelfde dag nog vallen omdat het buiten haar takenpakket viel. Ik begrijp het, maar de manier waarop was niet prettig. Via de huisarts meldde ik me aan voor specialistische GGZ en zo kwam ik zoals velen van jullie wellicht herkennen op een wachtlijst van maar liefst 11 maanden lang. Zodoende bleef ik dobberen, zoekend naar manieren om het leven aan te kunnen. 

Tijdens deze periode wilde ik niet inzien dat de eetstoornis slechts een uiting was van diepere leegtes die om aandacht vroegen. Achteraf was de eetstoornis een schreeuw om hulp in een taal die ik nog niet kende.  

De zwaarte van het water

Misschien waren het de zelfopgelegde verwachtingen die me verstikten. Misschien had ik mijn eigen angsten en verlangens geprojecteerd op de wereld om me heen. Misschien was het overcompenseren, een manier om te vermijden waar ik bang voor was: verlating of bevestiging van mijn onwaardigheid. Misschien ligt het wel veel complexer. Misschien…

Tijdens de coronatijd werden de golven te hoog en ging ik na al die jaren toch echt kopje onder. Waar ik voorheen nog houvast vond in de drukte van mijn dagelijks leven, liet de isolatie van de coronatijd me verdrinken in zelfvernietiging. Wat voorheen mijn leven leek te redden, werd steeds zwaarder. Mijn reddingsvest. De énige plek waarin ik me veilig voelde, begon zich tegen me te keren. Het sleurde me mee naar beneden, steeds verder de diepte in.

Binnenkort zal het volgende deel verschijnen. Dit zal meer ingaan op het middelengebruik.


Kom bij Proud2Bme gratis en anoniem in contact met lotgenoten, ervaringsdeskundigen, psychologen en diëtisten. Op ons forum kun je jouw verhaal delen en/of vragen stellen. Ook kan je dagelijks met ons chatten (de agenda vind je hier). Wij staan voor je klaar.

Lonneke

Geschreven door Lonneke

Reacties

3 reacties op “Verlaat het schip!”

  1. Wat prachtig geschreven en heel herkenbaar. Ik ben er stil van, bedankt voor het delen!

  2. Jemig… Dat is wel erg ‘poëtisch’… Of misschien gewoon te persoonlijk, of een dergelijke andere benadering voor mij om er enigszins mee te kunnen identificeren?

    Ik kon je volgen toen je zei dat jouw eetstoornis eigenlijk niet om eten of gewicht ging, maar om controle. Voor mij is dat ook het geval; de behoefte aan stabiliteit en fysieke soevereiniteit. Maar die had ik juist nodig om vervolgens de confrontatie met mijn gevoelens en gedachtes aan te kunnen gaan, in plaats van dat ik dat proces als afleiding gebruikte om die gevoelens uit de weg te gaan.
    Maar goed; we zijn allemaal anders, en daar moet ook ruimte voor zijn…

    Ik denk wel dat je gelijk hebt wanneer je constateert dat;
    “Hoe paradoxaal het ook klinkt: de eetstoornis was zowel mijn gevangenis als mijn ontsnapping.”
    Oftewel; “Arrested Development”. Je ontsnapt aan (de kern van) het moment, maar komt er ook niet voorbij, omdat je de confrontatie niet aangaat, waardoor deze situatie zich weer zal herhalen.

    Wanneer je het over verwachtingen hebt, weet ik niet in hoeverre die persoonlijk zijn, en in die zin “zelf opgelegd”, maar ik denk dat er ook ‘normale’ sociale verwachtingen zijn waarvan het net zo goed moeilijk kan zijn om aan te moeten voldoen. Het hoeft niet alleen moeilijk te zijn om ‘perfect’ te moeten zijn, het kan ook al moeilijk genoeg zijn om ‘normaal’ te moeten zijn… Laat staan een realistisch beeld vormen van wat “normaal” überhaupt inhoud…

    Ik heb begrip voor het gevoel je verloren/overweldigd te voelen, en moeite te hebben met het voldoen aan/passen in een bepaalde (externe) verwachting, maar dit klinkt alsof je zelfs intern geen referentie meer had?

    Moeilijk ook om zo het zelfbeeld in verhouding te zien tot de sociale context…
    En over die sociale context heb je vanzelfsprekend geen controle, maar als jouw zelfbeeld zo afhankelijk is van de sociale context, dan lijkt mij dat een erg lastige situatie.

    Wat mij zelf geholpen heeft is de realisatie dat het afzetten tegen verwachtingen een reactie is op die verwachtingen, en dat daar tegenin gaan mijzelf dus eigenlijk net zo goed de macht/zelfbeschikking ontnam als daar aan toegeven.
    Het kan moeilijk zijn om te ontdekken wat je wilt/wie je bent/wilt zijn/worden, maar het is belangrijk om in ieder geval een idee te hebben van wat je niet wilt/verder helpt…

    Ik had dan wel ‘het geluk’ dat mijn omgeving zich niet om mij bekommerde, en dat zelfdestructief gedrag dus ook niet beloond werd met zorg of aandacht…
    Dat is het voordeel van geen “reddingsvest” hebben; you either swim or sink/drown…
    En als dat je enige opties zijn, dan kom je er vaak al snel achter dat je veel beter kan zwemmen dan je aanvankelijk dacht.
    Dat gezegd neemt het natuurlijk niet weg dat er ook enkele drenkelingen zijn die het droge niet zullen bereiken…
    Zwemmen/overleven is op zich vrij simpel (niet makkelijk), het wordt alleen lastig wanneer je afgeleid wordt door dingen die er op dat moment eigenlijk niet toe doen. En die afleiding is tegenwoordig steeds overheersender aanwezig en moeilijker te onderscheiden van dingen die er (op dat moment) wel toe doen…
    En als je geen bestemming hebt dan blijf je watertrappelen om maar niet te verdrinken, dan klinkt zo’n “reddingsvest” zo gek nog niet…

    Aangezien het verhaal eindigt in een “wordt vervolgd” hoop ik dat het nu beter met je gaat, maar dat klinkt vooralsnog niet erg hoopvol…
    Zeker niet wanneer de cliffhanger eindigt in:

    “Binnenkort zal het volgende deel verschijnen. Dit zal meer ingaan op het middelengebruik.”

  3. Mooi omschreven@

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *