Met vlagen is anorexia veel in het nieuws. Modellen die te dun zijn, pro-ana-sites die ineens als paddenstoelen de lucht inschieten en tieners die graatmager de deur uitgaan omdat de mode ze dat ‘voorschrijft’. De een na de andere discussie over anorexia volgt, totdat het weer een tijdje stil is rond het thema anorexia. Precies in zo’n luwte speelde ik met het idee een boek over anorexia te schrijven. Voorzichtig begon ik in mijn omgeving te polsen om te kijken of anorexia nog wel ‘leefde’. Nou en of. Iedereen die ik sprak kende wel iemand of had wel iemand in de klas gehad die anorexia had. Mijn boek Dik in mijn hoofd was geboren. – Door Victoria Farkas
Dik in mijn hoofd vertelt het verhaal van de veertienjarige Roos. Zij zit in de tweede klas van de middelbare school, heeft drie goede vriendinnen, waarvan een hartsvriendin en doet allerlei leuke dingen. Ze heeft een leuk leven dat tot nu toe vrij makkelijk is verlopen. Maar sinds de zomervakantie is er iets veranderd. Ze heeft chaos in haar hoofd, vindt dingen die ze eerst makkelijk vond nu ineens heel moeilijk en kan geen beslissingen meer nemen. Ze weet niet meer zo goed raad met zichzelf en met haar omgeving.
Bovendien is er een nieuw meisje in haar klas gekomen, waar Roos op een of andere manier vreselijk tegenop ziet, maar tegelijkertijd vreselijk onzeker van wordt. Naast dat meisje voelt Roos zich een nijlpaard dat zwanger is van een vijfling en op een dag besluit ze te gaan lijnen.
Eerst onschuldig, door te stoppen met snoepen en chips te eten. Maar al snel neemt het ernstige vormen aan totdat ze bijna helemaal niets meer eet. Hoe minder ze eet, hoe beter ze zich voelt en het is haar manier om weer grip op het leven te krijgen. Haar leven weer onder controle te krijgen. Maar hoe minder ze eet, hoe meer afstand ze neemt van de wereld. Van haar vriendinnen die niets meer van Roos begrijpen. Roos wordt dunner en dunner. En ook haar vriendenkring wordt dunner en dunner.
Pro-ana-sites
De aanleiding van Dik in mijn hoofd waren vooral de pro-ana-sites, die ik met veel walging, maar ook opperste verbazing en nieuwsgierigheid heb zitten lezen. Wat daar soms allemaal op staat, is werkelijk te absurd. Uit onderzoeken is gebleken dat een meisje dat anorexia heeft en met zo’n site in aanraking komt, drie keer zoveel kans heeft om uiteindelijk in een ziekenhuis te belanden wegens ernstig ondergewicht.
Naar aanleiding van de veelheid aan info in de media ben ik eens rond gaan vragen in mijn vrienden- en kennissenkring en van het uiteindelijke resultaat ben ik me een hoedje geschrokken. Want wie ik ook sprak, iedereen (en daarop geen uitzonderingen) kende wel iemand in hun directe omgeving die een eetstoornis heeft gehad of dat nog altijd heeft. Laatst nog sprak ik iemand die erachter kwam dat van haar elf van de middelbare schooltijd overgebleven vriendinnen, vijf een eetstoornis hadden in hun puberteit. Het geeft aan dat anorexia meer voorkomt dan mensen misschien willen geloven.
Zelf lijnen?
Ik krijg vaak vragen van kinderen, maar ook van volwassenen of mijn boek misschien op eigen ervaringen is gebaseerd. Laatst kreeg ik nog de vraag via mijn website van een meisje die me vroeg of ik zelf ooit heb bedacht om te gaan lijnen? Bij beide vragen kan ik met grote zekerheid een nee antwoorden. Daarvoor houd ik veel te veel van lekker eten en nog meer en bovenal van snoep.
Om het boek toch goed te kunnen schrijven en om me goed in te kunnen leven in de personage van Roos heb ik van te voren veel onderzoek gedaan naar anorexia. Zo hebben ik tientallen boeken gelezen, vrouwen en meisjes geïnterviewd die anorexia hebben gehad of het nog altijd hebben, ik heb psychologen en gedragstherapeuten gesproken die dagelijks met meisjes die anorexia hebben omgaan en ik heb weblogs en pro-ana-sites van boven tot onder en van onder tot boven uitgeplozen om maar een inzicht in de problematiek te krijgen.
Ook heb ik een aantal dagen achtereen minder gegeten, zodat ik met een knorrende maag achter mijn computer zat te schrijven. Lang heb ik het niet volgehouden, want hoe meer ik over anorexia aan de weet kwam en erover schreef, des te meer zin ik in eten kreeg. Soms was die drang naar eten zo erg dat ik met een zak chips naast de computer zat te werken, terwijl Roos in mijn boek zat te spelen met haar avondeten om het daarna op de wc uit te spugen.
Indringende gesprekken
Dik in mijn hoofd is een non-fictief fictief boek, waarin de personages en de verhaallijn door mij zijn bedacht, maar de manier waarop Roos in het boek anorexia krijgt en de reden waarom ze het krijgt, zijn op ware gebeurtenissen en ervaringen van anderen gebaseerd.
Door duizend-en-een vragen aan vrouwen en meisjes te stellen die anorexia hebben gehad (of het nog hebben) en goed naar hun verhalen te luisteren, kwam ik er langzamerhand achter wat het is om anorexia te hebben. Een beetje, want zoals ik al schreef heb ik zelf nooit anorexia gehad en weet ik natuurlijk niet echt wat het is en hoe het voelt. Het waren vaak lange en aangrijpende gesprekken, bij mij thuis of ergens in het land, die erg veel indruk op mij hebben gemaakt. Zoals de uitspraak van een meisje dat op moment in een kliniek zat: ‘Als er een nieuws meisje met anorexia binnenkomt, dan ben ik hartstikke jaloers op haar. Want zij is dunner dan ik ben.’ Deze opmerking zal ik niet snel vergeten.
Engelengeduld
Ik heb het boek vooral geschreven voor alle puberende meisjes en jongens die meer willen weten over anorexia. Wat is het? Wat doet het met je? Waarom heeft iemand anorexia? Wat gebeurd er als iemand anorexia heeft? En dan misschien met de nadruk op vriendinnen van meisjes die anorexia hebben, zodat die kunnen lezen wat er om kan gaan in het hoofd van hun vriendin en wat ze kunnen verwachten, zodat ze hun vriendin iets beter kunnen begrijpen.
Ik hoop dat tieners (en misschien ook wel ouders) die mijn boek lezen, ondanks dat het ongelooflijk moeilijk is om door te kunnen dringen tot een meisje of jongen die anorexia heeft en je daarvoor het benodigde engelengeduld en misschien wel een bord voor je kop nodig hebt, er in de meeste gevallen uiteindelijk een moment is dat het betreffende meisje begrijpt dat ze hulp nodig heeft. Probeer je als vriendin dan ook niet van zo’n meisje af te keren, maar blijf haar steunen, ondanks dat je je neus misschien wel honderd keer zult stoten, een grote bek van haar krijgt of volledig genegeerd wordt.
Het boek is voor 5 euro te bestellen bij BOL.COM.
Geef een reactie