Er wordt steeds meer onderzoek gedaan naar Binge Eating Disorder. In aanloop naar de DSM-5 wordt BED steeds meer gezien als een zelfstandige eetstoornis, met een specifieke behandelmethode. Ondanks dat onderzoekers steeds meer antwoorden vinden op vragen over BED, zijn er ook nog veel vragen rondom de eetbuistoornis.
Cognitieve gedragstherapie, interpersoonlijke psychotherapie en medicatie kan patienten met BED helpen. Maar net als bij andere eetstoornissen, zijn deze behandelvormen geen magische middelen die het probleem doen verdwijnen.
Dr Timothy Walsh is een professor aan de Columbia University, werkt voor het New York State Psychiatric Institute én is onderdeel van de Feeding and Eating Disorders Work Group van de DSM-5. Volgens Walsh is de kans dat BED wordt opgenomen in de nieuwe DSM groot, gezien het groeiende aantal onderzoeken naar de eetstoornis. Maar er zijn nog veel belangrijke vragen onbeantwoord.
Zo is er een gen in de hypothalamus, genaamd FTO, dat wordt gelinked aan obesitas en Binge Eating. Maar het is onduidelijk of ook andere genen een rol spelen.
Behalve lichamelijke factoren spelen ook sociale gebeurtenissen een belangrijke rol in de ontwikkeling van BED. Mishandeling, pesten en treiteren worden gezien als risico factoren voor Binge Eating Disorder. Maar vervolgonderzoek naar andere mogelijke oorzaken vanuit de kindertijd is hard nodig.
Een andere belangrijke vraag ligt op het gebied van leeftijd. Over het algemeen begint BED pas op een latere leeftijd dan andere eetstoornissen. Dit is niet bij iedereen het geval, maar zoals anorexia en boulimia vaak al in de (vroege) puberteit ontstaan, komt BED meestal pas bij (jong) volwassenen tot uiting. Mogelijk heeft dit te maken met de spanningen en druk van volwassen worden, maar onderzoekers hebben hier nog geen duidelijk antwoord op.
Een belangrijk criterium voor BED is het verliezen van de controle over eten. Er zijn echter nog veel vragen over hoe deze vorm van controleverlies overeenkomt met het controleverlies bij alcoholisme en drugsverslavingen. Ook de nuanceverschillen tussen BED en boulimia mogen nader onderzocht worden.
Een ander vraagpunt is de link tussen BED en obesitas. Binge eating kan leiden tot overgewicht en obesitas. Maar onderzoekers vragen zich, naar aanleiding van een studie met ratten, af waarom niet alle binge eaters obese zijn. Tevens zijn experts nog op zoek naar hoe nachtelijk eten in het plaatje van BED past.
Wat betreft de behandeling van BED, zijn er meerdere opties nodig. De bestaande therapieën leiden niet altijd tot voldoende resultaat. En het medicijn anticonvulsant topiramate dat regelmatig wordt ingezet bij BED, heeft vaak onprettige bijwerkingen.
Onderzoek naar Binge Eating Disorder is van belang omdat kennis kan bijdragen aan meer begrip voor en een betere behandeling aan mensen met deze eetstoornis. Wil jij meer weten over BED? Kijk dan hier voor informatie en filmpjes.
Bron: http://psychnews.psychiatryonline.org
Geef een reactie