Waar zal ik beginnen?

15 jaar. Dat is 5475 dagen, 131400 uren, 7884000 minuten of 473040000 seconden. Wat kan er in zo’n lange tijd allemaal gebeuren? Veel, héél veel… Waar zal ik beginnen?

Toen ik in de lagere school in het eerste leerjaar zat, ging het allemaal heel goed. Ik was een goede ‘student’, ik had leuke en toffe vriendjes en mijn juf was een geschenk uit de hemel. Ze zal mij altijd bijblijven. Het is zo spijtig dat zij ons heeft moeten verlaten. Het is gewoon niet eerlijk…

Nu, ik zat dus bij haar in de klas en mijn moeder was leesmoeder. Ze was weer eens op school en er was een onenigheid ontstaan met de directeur. De directeur reageerde nogal bot tegen haar en mijn moeder kwam me onmiddellijk meesleuren uit mijn klas.

Ik wist niet wat er gebeurde. Hoe oud was ik? 6? Zoiets… Mijn juf ging op haar knieën zitten en begon te smeken of ik alsjeblieft mocht blijven. Mijn moeder ging akkoord met haar dus ik bleef. Thuis werd het duidelijk dat mijn moeder mij wilde weghalen uit mijn school. Ze wou mij verplaatsen naar een andere, onmiddellijk als het aan haar lag. Omdat dat niet echt handig was voor mij, liet ze mijn jaar uitdoen en zou ik het volgende jaar pas weg moeten. Ik moest al mijn vriendjes en vriendinnetjes achterlaten.

Ik was in feite nog heel erg jong maar toch deed dat iets met mij. Het was niet eerlijk. Er werd niet eens naar mijn mening gevraagd. Ik wou niet weg. Uiteindelijk was het zover. Het was 1 september. Ik moest die dag naar een nieuwe, vreemde school. Ik kende er niemand. ###

Ik zat er niet echt mee in, maar toch was er een bepaalde ‘angst’. Wat als er niemand mij ziet staan? Wat als ze mij zouden pesten? Zoveel vragen… Mijn moeder ging mee tot aan de schoolpoort. Ze ging niet verder. Ze kon niet. Ik zag tranen in haar ogen maar ik wist niet waarom. Ik was boos omdat ze mij daar zomaar heeft achtergelaten. Ik wou nog eens naar haar zwaaien toen ik de speelplaats opliep, maar wanneer ik me omdraaide, zag ik dat ze al weg was… Ik stond daar. Helemaal alleen. Toen de bel ging wist ik niet waar ik naartoe moest. Gelukkig zag ik de meester die bij de inschrijving aanwezig was. Ik zat dan ook bij hem dat jaar. Hij kwam me halen en ik volgde hem. Toen we in de klas zaten werd het duidelijk dat we met véél waren. We waren met 32. Later zijn er 4 terug naar het vorig jaar moeten zakken en nog een paar gingen naar een andere school. We bleven met een stuk of 25-26 over.

Ik had het voordeel dat ik niet de enige nieuwe leerling was. Er was nog een nieuw meisje en ik zat toevallig naast haar. Het klikte behoorlijk goed tussen ons. Al snel werden we hele goede vriendinnen. In het derde kwam er nog een nieuw meisje bij en zij sloot zich bij ons aan. We waren toen met drie. Toen was ik al bezig met het hele ‘populair of niet-populair’ gedoe. Ik trok het me dan ook heel hard aan dat we bekend stonden als ‘seutjes’, als ‘trutjes’. Altijd goede punten, altijd heel erg kinderachtig… Maar hoe kon het ook anders? Kinderen van 9 jaar horen kinderachtig te zijn. Dat besef ik nu pas… Toen ik in het vierde zat, begon het allemaal nog maar pas. Ik had vaak pijn aan mijn heup en ik kon soms gewoon niet meer lopen.

We hebben onderzoeken laten uitvoeren en ik kreeg te horen dat er water in mijn heupen zat. Op zich is dat niet erg maar het deed behoorlijk veel pijn. Ik heb maanden op krukken moeten lopen. Dat jaar begon de hele ‘pestnachtmerrie’. Mijn ene oor was wat groter dan de andere en de hogere jaren hadden er niets beter op gevonden dan mij daarmee te pesten. In dat jaar ben ik met veel traantjes naar huis gekomen. Mijn moeder is dan gaan praten met mijn juf en die ging ervoor zorgen dat alles weer goed ging komen maar je voelt het al aankomen… Het bleef gewoon duren. Ik weet nog heel goed, toen we in de bus zaten op terugweg van het zwemmen, hebben ze mij letterlijk als pingpongbal gebruikt. Ik werd van de ene naar de andere kant gesleurd. Ik had pijn. Ik had veel pijn maar dat kon hen niets schelen.

Op dat moment zat ik diep, heel diep. Ik had helemaal geen zelfvertrouwen meer. Mijn moeder vond het niet meer kunnen en nam me mee naar een dokter. Een chirurg. Daar hebben ze mij uitgelegd dat ik met een simpele operatie een mooi, perfect oor kon krijgen. Mijn oor kon normaal worden. Dat was schitterend nieuws. Mijn ouders vonden het goed en ik deed de ingreep. Ik heb 4 dagen met een speciaal hoofverband rondgelopen, maar toen het eraf mocht, zag ik duidelijk een verschil met voordien. Ik was blij. Het was gelukt. De operatie was geslaagd. In school hadden ze geen reden meer om mij te pesten. Al snel lieten ze mij dan ook met rust.

Het volgende jaar ging dan weer stukken beter. Ik kreeg nieuwe vrienden. Ik kreeg ‘populaire’ vrienden. Ik had voor het eerst het gevoel dat ik erbij hoorde. Midden in dat jaar begon het pesten weer opnieuw. Deze keer was het mijn neus. Mijn neus was nu niet goed genoeg. Ik werd er niet extreem mee gepest maar toch deed het iets met mijn zelfvertrouwen. Op de dag van vandaag heb ik nog altijd een hekel aan mijn neus. Ik hoorde af en toe dingen over mij en mijn ‘scheve’ neus. Ik zag mensen soms lachen… Ik liet het mij deze keer niet zo diep raken. Ik had nu mijn vrienden en ik was er blij mee. Het jaar erna waren wij de oudste van de school. Wij hadden het voor het zeggen. Ik zat nog altijd in dezelfde vriendengroep. Ik bloeide open.

Jammer genoeg op de verkeerde manier… Het verlegen meisje werd brutaal. Ik ging tegen iedereen een grote mond opzetten en begon voortdurend te liegen tegen mijn ouders. De hele school was toch wel op zijn goede voor ons ‘groepje’. We stonden overal gekend. Deed je iets verkeerd dan had je met ons te maken. Achteraf bekeken schaam ik me daar kapot voor. Mijn ouders hadden het toen ook moeilijk met me. Ik verzette mij toen ook tegen alles wat mijn ouders zeiden of vroegen. Mijn moeder heeft mij vaak verboden om met die vrienden af te spreken. Ik ben hier nu eigenlijk wel blij om maar toen kon ik er helemaal niet mee lachen.

In het middelbaar had ik weer een nieuwe kans. Ik kon opnieuw beginnen. Ik zat in een klas waar ik nog een paar mensen van in het eerste leerjaar kende. Ik had toen een goede, lieve vriendin. Ik noem haar nu C. We deden echt alles samen. Ik was gelukkig. Ik had vrienden, ik werd niet gepest, ik was niet meer zo brutaal, ik had goede cijfers en ik vond mijn klas echt gezellig. Toen ik naar het tweede ging, moest C. zakken van richting en konden we niet meer samen zitten. We waren gescheiden. Ik voelde dat onze band langzaamaan verzwakte. We praatten minder, zij had haar vrienden, ik had 2 fantastische nieuwe vriendinnen en tot slot kregen we er nog een zware ruzie bovenop.

Die ruzie werd wel bijgelegd, maar er was teveel gebeurd, teveel veranderd tussen ons. Zij had nu andere vrienden, populaire vrienden en ik hoorde daar duidelijk niet bij. Dat was voor mij ook al iets van: oké, zij kan wel populair worden, maar ik niet… Nu, daarnet zei ik al dat ik 2 fantastische nieuwe vriendinnen had. (A. en L.) Ik heb mij ontzettend goed geamuseerd met hen. We hebben enorm veel gelachen en we hebben ons gewoon rot geamuseerd. Met A. kreeg ik een enorm goede band. Wij begrepen elkaar heel goed.

Op een gegeven moment heeft ze mij verteld dat ze automutileerde. Ik moet toegeven, het was een enorme shock voor mij. Ik wist daar helemaal niets vanaf en hoe hard ik ook probeerde, ik kon ‘het waarom-gedeelte’ niet begrijpen. Ik gaf mezelf ook wel ergens de schuld dat ik het eerder had moeten zien, maar ik kon er toch niet zoveel aandoen. Ik probeerde haar zoveel mogelijk te steunen en vooral begrip te tonen. Ik vroeg haar ook of ze het aan iemand wou vertellen maar ze wou met niemand anders praten. Ik respecteerde die keuze. Het was volledig haar keuze en wat ze ook koos of kiest, ik zal haar altijd steunen.

We kregen toen ook op een avond een berichtje van onze beste vriend waarin hij afscheid van ons nam en zei dat hij zelfmoord zou plegen. A. nam het heel serieus maar ik deed het niet. De volgende morgen op school was A. nog altijd heel erg ongerust en ze had nog niets van hem gehoord. Ik werd direct ook al een stuk nerveuser. Die dag hebben we echt met een grote angst geleefd. Ik weet nog goed dat ik tijdens Frans begon te huilen en dat ik naar buiten mocht. Ik vroeg of er iemand mee mocht gaan en A. ging mee. We liepen de klas uit en A. begon onmiddellijk ook te huilen. We liepen samen naar de wc’s en zeiden tegen elkaar dat er wel niets gebeurd zou zijn.

We hadden uiteindelijk wel gelijk maar dat wisten we toen niet. Wanneer we naar boven gingen stonden twee leraressen ons op te wachten. Een andere lerares had ons allebei zien huilen en is onze lerares komen halen. Ze vroegen wat er aan de hand was en toen hebben we maar alles verteld. Het kon hun niet veel schelen. Ze zeiden gewoon dat het wel goed ging komen en dat we ons nu op de les moesten concentreren. Ik was razend. Ik kon hen een ongeluk doen… Op het einde van het tweede jaar vond ik het ontzettend jammer dat het schooljaar erop zat.

Ik voelde mij goed in die klas. Het was een ontzettend gezellige klas en er was altijd een gezellige sfeer. Toen ik in het derde jaar belandde was het helemaal anders. Ik was gestrand in een saaie, oersaaie klas. Vanaf het begin voelde ik mij echt niet goed in de klas. Mijn punten daalden neerwaarts. Het ging echt niet goed. Ik had geen zin om te studeren. In klas voelde ik mij zo overbodig en tot slot werd mijn moeder heel erg ziek.

Eerst belandde ze voor de zoveelste keer in het ziekenhuis. Ze heeft héél vaak last van rugproblemen. Ze heeft namelijk 2 hernia’s. Daarna werd ze bijna blind. Ze heeft ongeveer 2 maanden niet in auto gereden omdat ze echt bijna niets meer zag. De dokters vonden niets en mijn moeder werd al maar depressiever. De dokters vonden niets, de oogarts zag ook niets… Niemand wist wat het was. Op een dag moest ze opnieuw naar de oogarts en die zei dat ze haar bloed eens moest laten controleren. Controleren op suiker. Mijn moeder liet dat meteen doen bij de huisarts en wat bleek? Haar suikergehalte stond véél te hoog. Mijn moeder was diabetespatiënt geworden. Dat was een zware klap voor haar.

Het idee dat ze niet veel meer mag eten. Het idee dat ze nooit meer een boterhammetje met choco zou mogen eten… Het was haar teveel. Ze zag het niet zitten. Na een paar weken heeft ze zich herpakt en begon ze met de zwaarste pilletjes te nemen en ze stak het idee in haar hoofd hoe het zou zijn om helemaal blind te worden. Dat wou ze in geen honderd jaar. Mijn moeder is nu in ongeveer een half jaar xx kg afgevallen en ziet er heel goed uit. (Vroeger had ze overgewicht.) Haar suikergehalte is nu onder controle en het gaat goed met haar.

In die tijd dat het niet goed ging met mijn moeder is er voor mij heel veel veranderd. Ondanks dat het niet kan, gaf ik mezelf de schuld. Mijn eetlust verminderde geleidelijk aan en ik at minder en minder. Ik begon volledige maaltijden over te slaan en ik voelde mij alsmaar zwakker en zwakker worden. Ik zat vast in een neerwaartse spiraal. Een paar van mijn vrienden wisten wat er was maar N. was de enige die alles wist. Ik wist dat het niet zo verder kon en ik heb samen met haar beslist om naar één van mijn leerkrachten te stappen. Mijn leerkracht godsdienst/geschiedenis. Ikzelf kon het niet dus is N. alleen gegaan. Ze is gaan vertellen dat het niet goed met me ging en dat ik niet meer at. Hij zij tegen haar dat hij met mij ging praten en dat alles goed zou komen.

Na 2 weken riep hij mij na de les bij hem en hij vroeg of alles wel goed met me ging. Ik wist niet wat ik moest zeggen dus zei ik onmiddellijk van ja, natuurlijk. Hij zag dat het niet zo was en vroeg het nog een keer. Toen zei ik dat het eigenlijk niet zo goed met me ging. Hij zei dat ik met iemand moest praten. Daarom niet bepaald met hem maar ik moest het niet voor mezelf houden. Het kwam bij mij over als: val mij hier alsjeblieft niet mee lastig. Ik heb dan ook gewoon ja geknikt en weggegaan. De stagiair was er ondertussen ook al bijgekomen en hij moest zich hier niet in bemoeien. Die leerkracht praatte de volgende weken in zijn lessen constant over eten. Over hoe goed dit en dat smaakt… Dat hij moet afvallen maar als hij eten ruikt dat hij het niet kan laten enzoverder. Dat was verschrikkelijk irritant voor mij. Ik vertelde dat allemaal aan N. Ze was boos op hem.

Ik heb uiteindelijk al mijn moed bijeen geraapt en ben hem gaan vragen of hij wat minder over eten kon praten. Hij vroeg me natuurlijk waarom en ik heb hem alles moeten uitleggen. Hij stelde veel vragen waarop ik iedere keer zo kort mogelijk probeerde te antwoorden. Hij zei dat ik mij niet mocht laten gaan. Ik moest met iemand praten van hem. Het beste van al is dat ik nog maar juist aan hem gevraagd had om niet meer over eten te praten en 2 seconden later was hij er al weer over bezig.

De weken die volgden verliepen slecht. Ik viel constant omver. Ik kon niet meer op mijn benen staan. N. heeft mij een paar keer naar het ziekenbed moeten brengen. Ik vond van mijzelf dat ik mij aanstelde. Ik was kapot en het waren examens en ik moest heel veel inhalen van het vorig trimester. Ik was uitgeput, ik had het koud en ik was doodmoe. Dat ging zo niet meer. Ik besloot terug wat meer te eten. Het lukte mij. Stilletjes aan at ik weer meer en meer. Het ging weer beter. Ik was niet meer zo flauw, ik had veel minder koud en ik was energieker.

Het enige wat mij dwars zat, was dat ik mijn controle kwijt was. Ik had geen controle meer en ik had dat wel nodig. Ik moest controle over iets hebben, maar over wat? Op een avond zat ik op mijn kamer en er was voor de zoveelste keer weer een ruzie geweest bij ons thuis.

Ik had PO gehad die dag en er zat een zakmes in mijn boekentas. Ik haalde het eruit en voor ik het wist zat ik op mijn bed met het mes in mijn handen. Ik heb er waarschijnlijk een half uur gewoon naar zitten kijken. Ik had het gewoon in mijn handen. Zonder het te beseffen zat ik ermee in mijn hand en begon mijn hand lichtjes te bloeden. Sindsdien snij ik wel vaker en is het heel moeilijk om hiermee te stoppen.

Ik heb mijn 2 mentors dan maar in vertrouwen genomen. De ene was mijn leerkracht LO dus moest ik het wel vertellen aan hem. De andere was mijn leerkracht Nederlands. Zij heeft mij heel erg hard gesteund dit jaar en door haar kwam ik bij het CLB terecht waar ik een paar gesprekken mee gehad heb. Die gesprekken hielpen wel, maar nu ik niet meer ga, is het moeilijk. Het eten gaat nu nog altijd met ups en downs.

Ik weet nog altijd niet hoe ik het tegen mijn ouders moet vertellen en of ik het eigenlijk wel wil vertellen. Het snij gedeelte zal ik wellicht nooit vertellen, maar het eet-gedeelte zal ik waarschijnlijk ooit moeten vertellen.

Ik heb het gevoel dat ik het anders niet zal redden… Ik blijf natuurlijk wel heel erg hard mijn best doen.

Scarlet

Geschreven door Scarlet

Reacties

5 reacties op “Waar zal ik beginnen?”

  1. He meis. Wat een heftig verhaal zeg. Wat goed dat je mentor in vertrouwen hebt genomen. Hoe ik het aan mijn ouders heb verteld is door mijn verhaal te laten lezen op deze site. Ik heb prive dingen weggehaald die ze niet hoeven te weten. Zo vertel je het toch maar hoef je niet alles uit te leggen. Ik wil je heel veel sterkte wensen! You can do it!

    Liefs Emily

  2. Heftig verhaal meid!
    Knap dat je dit durft te delen trouwens.
    Idd wat Emily al zie laat ze dit verhaal lezen..
    Ik heb het via een brief gedaan, en tegen mezelf gezegd ik leg hem (bijv.) maandag 8 uur onder mijn nmoeders bed, misschien ook nog een optie.

    In ieder geval heb je ons al laten zien hoe moedig je bent om je verhaal te doen dus dit lukt jouw ook.
    Ik geloof in je!

    Liefs Do

  3. Wat knap dat je dit durft te delen.
    Ik hoop heel erg dat je je ouders toch durft te vertellen hoe het werkelijk met je gaat. Bij mij luchtte het heel erg op om mijn ouders te vertellen dat eten zo lastig was. Of eigenlijk heb ik het niet helemaal zelf gedaan. Ik heb het mijn psychologe verteld, die het aan de psychologe heeft verteld die mijn ouders ouderbegeleiding gaf, en die heeft het, met mijn toestemming, aan mijn ouders verteld.
    Bij mij is het dus via via gegaan. Zo hoefde ik zelf de stap niet te zetten, maar kregen mijn ouders het toch te weten. Bovendien hoorde ze het van iemand waarvan ik zeker wist dat ze haar serieus zouden nemen, en dat deden ze dan ook meteen. Dus dat was heel fijn. Misschien ook nog een optie?
    Ik zeg iig, DOEN! Het scheelt echt.

  4. Wat heb je veel meegemaakt meisje!
    Veel sterkte en weet dat je hieruit kan geraken!
    Echt waar!
    Dikke knuff!

  5. Hee Meis,

    Wat moeilijk voor je dat je e5r niet met je ouders over kan praten.
    Ik weet hoe moeilijk het is o het ze te vertellen.
    maar het is echt beter om het wel te doen.
    Anders sta je er zo alleen in en je hebt hun steun hard nodig.
    Heel veel sterkte met eten en ook met snijden.
    Zorg goed voor jezelf, je bent het waard!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *