Hoe zieker mijn hoofd, hoe meer ik begon te rennen. De stress wegrennen, fitter worden, de focus verleggen. Sport is gezond zeggen ze. Toch heeft dit mij lang niet altijd goed gedaan. Ik verloor mijzelf hierin. Niet alleen overdag, maar ook ‘s nachts was ik druk in de weer. Oefeningen in mijn kamer, rennen terwijl iedereen al in bed lag. De spanning was te groot en de dwang te sterk.
Pas in de kliniek zag ik in dat ik een verstoorde relatie met bewegen had. Het rennen werd wandelen en de oefeningen mochten niet meer. Toen ik eenmaal die knop had omgezet kon ik dit best goed volhouden. Om maar niks met die dwangmatigheid te hoeven, heb ik een hele lange tijd helemaal niet gesport. Ik was veel te bang dat ik er weer in door zou slaan of dat het iets zou triggeren.
Ik begon het te missen.
In de natuur
Op dit moment sport ik niet zo veel. Het is nu ook winter dus dat helpt ook wel mee. Als ik sport ben ik echt een buitensporter. Klamme sportscholen heb ik dan ook afgezworen. Ik wil mijzelf niet meer ten treuren afbeulen. Ik wil bewegen op mijn manier zoals ik het fijn vind. Ik wil mijzelf niet meer door de koude regen sleuren terwijl ik liever een film kijk. Daar wordt ik niet gelukkig van, dat weet ik nu.
In de zomer ontpop ik mij tot een semi sportieve vlinder. Ik heb een racefiets en een mountainbike waar ik dan graag mee in de weer ben. Normaal ben ik een alene sporter, maar wat fietsen betreft doe ik dit liever met een groep. Je bent al snel even weg. Ik vind het fijn om tussendoor ergens een kopje koffie te drinken en een taartje te eten, hier kan ik dan echt van genieten.
Afgelopen zomer heb ik, samen met mijn vriend, een berg geklommen bij het Como meer bij Milaan. Mijn vriend heb ik leren kennen bij een klimcursus. Ook al doen we dit niet heel vaak meer, dit was een waanzinnige ervaring. Ik heb doodsangsten uitgestraald, een week lang spierpijn gehad maar het uitzicht was het allemaal waard.
Mijzelf verbazen
Sinds mijn tienerjaren heb ik de diagnose Fibromyalgie. Dit houdt voor mij in dat ik echt mijn fysieke grenzen in de gaten moet houden, anders voel ik dit weken later nog. Tijdens mijn eetstoornis luisterde ik hier absoluut niet naar. Dit resulteerde in een pijnlijke periode, waarin ik dagen had dat ik mijn amper uit bed kon krijgen. Toch moest en zou ik hardlopen. Nu is dit gelukkig heel anders. Ik had toen nooit gedacht dat ik hier zoveel rust in zou krijgen.
Ik kan nu stil staan bij wat sport echt voor mij betekent en wat het met mij doet. Zo had ik jaren geleden nooit kunnen denken dat ik bepaalde afdalingen met de mountainbike zou durven, dat ik met mijn weinige klimervaring een grote berg zou beklimmen en dat ik een roze koek kan eten na het hardlopen als ik daar zin in heb. Ineens draait het veel meer om de mentale prestaties dan de fysieke. Het maakt mij niet meer uit hoelang en hoever ik ren, maar wel of ik van een wortelige heuvel af fiets die ik een halfjaar geleden echt niet durfde aan te gaan. Ik merk dat sporten mij helpt om juist die angsten aan te gaan.
Mijzelf sterk vechten
Net na mijn eerste behandeling heb ik een aantal jaar onder kickbox gezeten. Ik merkte dat ik slecht in mijn vel zat en ik begon met een weerbaarheidscursus. Hier leerde ik, aan de hand van kickbox technieken, om fysiek mijn grenzen aan te geven en echt te leren luisteren naar mijn onderbuikgevoel. Ik vond dit echter zo leuk dat ik ben blijven boxen. Voor het eerst in tijden voelde ik mij echt sterk. In die tijd ben ik een aantal keer mijn vader tegen gekomen. Dit riep bij mij veel angst op en ik wilde mij voorbereiden op een eventuele volgende ontmoeting. Zolang ik maar sterker was kon ik hem wel aan.
Mijzelf leren kennen
Al eerder typte ik dat ik mijn vriend bij een klimcurus leerde kennen. Hij is een stuk sportiever dan ik. Ik ben vooral een soort clowntje dat het vaak, met vallen en opstaan, maar ‘even’ doet. Hoe vaak ik wel niet van mijn mountainbike ben gevallen is niet meer bij te houden. Ook het klimmen vind ik heel spannend. De eerste keren heb ik echt het vallen geoefend. Zo leerde ik hoe ik het beste kon neerkomen zonder mijzelf pijn te doen. Ook heb ik zo geleerd dat vallen helemaal niet zo eng is en dat de angst die ik hiervoor had niet helemaal terecht was.
Sociaal
Naast een relatie heb ik ook wat vrienden aan het sporten over gehouden. Ik ben niet heel sterk in het aangaan van nieuwe contacten, maar het sporten maakt het mij wel veel makkelijker. Af en toe ga ik nog eens meeklimmen met een aantal vrienden of fietsen we een stukje. Dit maakt het voor mij een stuk leuker en gezelliger. Tijdens het boulderen helpen we elkaar en na de tijd drinken we ergens nog wat fris of een biertje.
Rennen voor de bus
Nu in de winter sport ik dus niet zoveel. Ik wil het hardlopen wel weer wat regelmatiger gaan oppakken. Ik woon nu naast het bos en ik merk dat een rondje in de zon mij veel energie geeft. Een tijd geleden moest ik rennen voor de bus. Ik merkte ineens hoe snel ik buiten adem was en ook dit is voor mij een belangrijke reden. Wat betreft de hoeveelheid en de duur heb ik geen ‘regels’ of ‘doelen’. Als ik zin heb en het is mooi weer ren ik een rondje maar ik zit net zo lief op de bank met een goeie serie.
Ik kan nu echt luisteren waar ik en mijn lichaam behoefte hebben en het lukt mij om weer echt te kunnen genieten van het bewegen. Het is geen moeten meer. Het gaat niet meer om kilometers of minuten. Het zijn de roodborstjes in de zon op de takken, de muisjes die piepend wegrennen en de zon die zich een weg door de bladeren heen baant.
Waarom sport jij?
Geef een reactie