Wat de eetstoornis mij beloofde

Een eetstoornis ontwikkel je niet voor niets. Een eetstoornis heeft wel degelijk een functie, al is hij niet echt constructief. Dat de eetstoornis mij kapot maakte zag ik niet meteen. Lange tijd heb ik echt gedacht dat de eetstoornis mijn leven juist beter maakte. De eetstoornis bood mij houvast, controle en een manier om met lastige emoties om te gaan. Zelfs toen ik doorhad dat de eetstoornis mijn leven niet beter maakte, vond ik het lastig om er daadwerkelijk afscheid van te nemen. Ik was bang om te falen zonder eetstoornis. De eetstoornis beloofde mij zo veel…

Opgroeien vond ik maar lastig. Het leven vond ik maar lastig. Mezelf vond ik maar lastig. Toen ik in de puberteit kwam nam mijn onzekerheid toe. Mag ik wel zijn wie ik ben? Ben ik wel goed genoeg? Ga ik het wel redden in het leven? Hoe kan ik nu weten wat ik wil? Ik denk dat het logisch is dat je hier als puber mee worstelt. Het is ook gewoon een rare tijd en in deze rare tijd ontwikkelde ik een eetstoornis. Dat overkomt te veel mensen, maar het overkomt niet iedereen. Hier speelden ontzettend veel dingen in mee. Erfelijkheid, tuurlijk, maar ook een bepaalde gevoeligheid, onzekerheid, perfectionisme, ADD… Noem maar op.

Nog altijd is het lastig om er precies mijn vinger op te leggen waarom ik nou een eetstoornis had, maar ik weet het wel ongeveer. Dat baseer ik op de bovengenoemde thema’s die naar boven kwamen drijven toen ik ging werken aan mijn herstel. Thema’s waar ik me eerder niet mee bezig hoefde te houden en er nu ineens toe deden. Ik vond het maar lastig. Kon ik dit wel aan? De eetstoornis beloofde mij een beter leven. De eetstoornis beloofde mij zo veel…

Hoewel een eetstoornis niet per se over eten gaat is eten ook niet een aspect dat je weg kan denken bij een eetstoornis. Een eetstoornis gaat niet per se over het nastreven van een schoonheidsideal en ‘dun willen zijn om het dun zijn’, maar het is niet zo dat lichaamsbeeld en lichaamsbeleving geen rol speelden. Nu ik terug kijk op hoe mijn eetstoornis begon was ik al een tijdje aan het rommelen met eten. Zoals ik al zei zat ik als puber niet al te lekker in m’n vel. Relatief kleine eetbuien zorgden ervoor dat ik steeds een beetje meer aankwam. Hier en daar kwamen al wat opmerkingen over mijn gewicht vanuit mijn omgeving. Sommige goedbedoeld, andere niet en op gegeven moment was de maat vol: Ik zou gaan afvallen. Wacht maar.

Ik denk dat een ieder die deze site bezoekt wel kan raden hoe dat is gegaan. Minder werd minder en nog minder en minder. Ik kon niet meer stoppen. Doorgeslagen in mijn lijnpoging. Doorgeslagen in mijn wens om me beter te voelen. Wat voelde ik me sterk. Jeetje dit kan ik goed! Ik wilde meer en meer. Meer van minder. De eetstoornis beloofde mij om me beter en beter te voelen. De eetstoornis beloofde mij kracht, controle, iets om goed in te zijn. De eetstoornis beloofde mij een afleiding van dat wat ik zo lastig vond: Het leven.

Niets meer voelen, niets meer hoeven. Wat een rust. De eetstoornis beloofde mij zo veel rust. Als ik het vergelijk met hoe ik me op dit moment voel maakte de eetstoornis van mij echt een tegenovergesteld mens. Ik ben heel gevoelig en snel geprikkeld. Ergens ook fijn, voor mijn creativiteit, maar je moet wel leren om dat in de juiste banen te leiden. Soms vind ik dat nog steeds wel lastig, maar dat is denk ik heel normaal. Mijn eetstoornis nam dan ook alles van mij af. Niet alleen mijn gevoeligheid, maar ook mijn creativiteit en levenslust. Sterker nog, een groot deel van mijn identiteit had mijn eetstoornis overgenomen.

Waar mijn eetstoornis eerst nog de perfectie zelf leek begon ik steeds meer in te zien dat het dat niet was. Ik wilde geen eetstoornis meer, maar toch was het moeilijk om er afstand van te doen. Herstel was nog een hele weg. De eetstoornis sprak streng tegen mij. “Zonder mij word je dik, saai en stom. Ik maak jou een interessant persoon. Ik zorg dat je dun blijft en dat mensen je mooi vinden.” Nou en, wat kan mij het schelen dat ik dun en mooi ben, zou je kunnen denken… Maar het kon mij alles schelen, want ik was bang dat als ik niet mooi en dun was, mensen mij zouden laten vallen. Dat ze liever iemand anders om zich heen zouden willen. Dat ik alleen achter bleef. Niet wetende dat de eetstoornis mij alles behalve mooi maakte, de eetstoornis maakte mij lelijk. Wederom een valse belofte.

Een eetstoornis voelt misschien veilig, voelt misschien sterk, voelt misschien goed, maar het is alles behalve. Trap niet in de valse beloftes van je eetstoornis. Geloof niet de sprookjes die het je vertelt, want aan dit verhaal zit geen happy end. Je leeft niet lang en ook niet gelukkig… Dus pak die pen. Herschrijf het verhaal. Het kan nog alle kanten op. De mooiste verhalen kennen vaak een moeilijke weg. Niemand kon mij beloven dat het leven altijd maar fijn is en makkelijk zou zijn. Als een eetstoornis dat wel deed, was het een leugenaar. Wel kan ik je beloven dat je altijd meer kan dan je durft. Dat je sterker bent dan je denkt. Dat er echt nog hele mooie dingen voor je in het verschiet liggen, waar je misschien niet meer op had durven hopen. Ik kan je beloven dat volledig herstel van een eetstoornis mogelijk is en ik kan je met m’n hart op m’n hand vertellen dat het het waard is. Ook wil ik dat je weet dat je de evengoed de moeite waard bent als het je (nog) niet is gelukt. 

Terwijl ik deze blog schrijf stuit ik op een mooie blog die Laura ooit schreef: Beloftes aan jezelf. Een mooie blog die naar mijn mening heel krachtig is. Hiermee wil ik graag deze blog afsluiten. Tijd voor nieuwe beloftes. Gezonde beloftes. Hoopvolle beloftes. 

Wat wil jij jezelf beloven?

Irene

Geschreven door Irene

Reacties

3 reacties op “Wat de eetstoornis mij beloofde”

  1. super fijne blog

  2. In de puberteit word je toch ook zwaarder/meer trek..?

    1. In de puperteit raak je van je kinderlijfje af en krijg je een mooi volwassen lichaam voor in de plaats.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *