Wie had dat durven dromen, dat ik ooit weer zou genieten van eten, dat ik eten weer lekker zou vinden en weer een hongergevoel zou krijgen. Dat ik weer kan pakken wat ik lekker vind en niet eerst aan de caloriën hoef te denken. Wie had er ooit durven dromen dat ik weer snoepjes en snacks zou eten… ik in ieder geval niet.
Is het gezond, hoeveel calorieën zitten er in, is het vet, mag ik nog wel, hoeveel heb ik vandaag al op, word ik hier dik van.. allemaal vragen die jarenlang door mijn hoofd gingen als ik iets ging eten. Ik kon heel lang voor de koelkast of kast staan en uiteindelijk toch maar naar de fruitmand gaan om een ‘veilige’ appel te pakken. Eten, lekker? Hoe kom je erbij, ik kende dat niet meer. Eten deed ik omdat het moest, iets lekker vinden of ergens van genieten kon ik niet, nee.. eten was pure noodzaak.
Door mijn eetstoornis werd ik voor de gek gehouden. Alles wat lekker was, was gelijk ook ‘ongezond’ in mijn hoofd en alles wat ongezond is is per definitie al verboden. Ik ging zelfs dingen eten die ik vroeger vies vond, maarja die dingen waren dan of gezonder, zaten minder vetten in of de calorieën waren ‘beter’.
Nu kan ik zeggen dat ik zo gek helemaal niet meer doe. En nu kan ik ook zeggen dat ik echt weer op gevoel kan eten. Als ik trek heb kan ik wat borrelnootjes of wat crackertjes pakken, als ik zoete trek heb dan pak ik iets zoetigs uit de kast. Ik kan naar mijn lichaam luisteren.
maar hoe ben ik zover gekomen….?
Eigenlijk is dat wel een hele moeilijke vraag. Ook om te bedenken dat ik vorig jaar nog zo erg aan mijn eetlijst gehecht was. Maar die eetlijst heeft mij wel geholpen met het expirimenteren in het eten. Ik ging als eerste oefenen met beleg in de ochtend. In plaats van die eeuwige appelstroop ging ik eens een boterham met een dun laagje chocopasta proberen, dit deed ik dat een aantal ochtenden in de week. En als ik dan om maandag weer op de weegschaal mocht.. zag ik werkelijk dat ik er niet van aan kwam! Want ja, dat cijfertje op de weegschaal, dat was toen nog mijn richtlijn.
Al snel zag ik dat ik van mijn ontbijt met pindakaas niet aan kwam en ging ik toen weer proberen met tussendoortjes. Dinsdag en donderdag stond in de kliniek als teken ‘moeilijke tussendoortjes’. Dat houdt in dat we ‘s ochtends geen veilige Milkbreak of evergreen kregen. Nee, we kregen toen gewoon een candybar (Mars, Twix, Snickers). Maar nooit had ik daarvan gehouden, ook vroeger niet. Dus ik ging juist experimenteren met dingen waarvan ik wist dat ik die vroeger heel lekker vond (roze koek, gevulde koek, luikse wafel, zakje chips etc.). Ik dacht terug aan vroeger, wat vond ik vroeger nou lekker? Want nu kon ik nog niet zeggen van: ‘een gevulde koek lijkt mij wel lekker vandaag’.
Stapje voor stapje ging ik mezelf uitdagen. Mijn moeder mocht op een gegeven moment mijn brood weer maken voor naar school. Als ze dan vroeg wat er op moest zei ik: ‘verras me maar’. Was doodeng, maar hierdoor prikte ik wel lekker de eetstoornis en ik deed het mooi wel allemaal!
In plaats van dat ik de eetstoornis bij mij wilde houden ging ik hem ‘pesten’ ik noemde het ‘prikken’. Lekker dingen doen die de eetstoornis niet leuk vindt! Maar ik wist met mijn gezonde verstand gewoon beter, die eetstoornis.. was een leugen.
Liefde voor de eetstoornis ging eigenlijk over in pesterij naar de eetstoornis. De gezonde ik voelde zich zo goed als ik weer wat had gedaan. En als ik terug keek naar het verleden zag ik al heel wat voetstappen. Want ik zette heel veel stappen.
Dus het antwoord op de vraag hoe ik het voor elkaar heb gekregen is toch eigenlijk de eetstoornis ‘prikken’. Maar ik weet ook dat dat niet makkelijk is, je moet er ver genoeg voor zijn, je moet blijven doorzetten, je moet in gaan zien dat de eetstoornis niets anders dan een leugen is, je moet in zien dat je van een boterham met chocopasta niet aankomt.. etc…
Geloof het of niet, ook ik heb gedacht: ‘dat ga ik nooit kunnen, ik blijf altijd jam eten en ik neem nooit geen nootjes meer.’. Maar hier sta ik, ik heb het wel gedaan.. ik heb mijn eetstoornis zitten prikken en te pesten. En dat heeft mij gebracht waar ik nu sta.
En ik ben er trots op!
Proudpeople.. het kan echt, geloof mij! Ookal is het eng, probeer de strijd aan te gaan! Je kan ook werken met beloningen voor jezelf, een leuk cadeautje of wat dan ook. Een eetstoornis is te overwinnen, hoe dan ook.. voor iedereen! Ik heb nog altijd een eetstoornis, maar ik heb hem onder controle. IK ben sterk de eetstoornis is een loser!
Prikken en prikken, Lekker blijven Prikken….
Net zo lang tot ook jij weer kan zeggen: ‘mjummie, wat is macaroni met kaas toch eigenlijk lekker!’.
Geef een reactie