Deze is voor jou. Jij die in herstel zit en niet meer weet waar je het moet zoeken. Tegelijkertijd probeer je met alles wat je nog in je hebt om door te gaan met je ‘normale’ leven en doe je alsof het wel prima gaat. Je vraagt je af of het ooit beter wordt. Je vraagt je af of jij wel (helemaal) kan herstellen, of je niet al hersteld had moeten zijn. Het is oké als het voelt alsof je hoofd al die gedachtes niet meer aankan. Het is oké als het nog niet gaat zoals je had gehoopt. Het mag slecht gaan. Weet dat je niet alleen bent. Ik weet wat je voelt.
Gedurende mijn eetstoornis en herstel ben ik altijd druk geweest. Waar ik behoefte aan had was rust, maar mijn eetstoornis liet mij het tegenovergestelde doen. Al op de middelbare school voelde ik een ontzettend grote bewijsdrang naar mijn omgeving toe. Leuke dingen doen mocht en kon ik door mijn eetstoornis niet meer, dus legde ik mijn focus op school. En op afvallen. Ik wilde bewijzen dat ik sterk was. Dat ik ondanks mijn eetstoornis wél kon presteren op school. Ik was helemaal niet ziek.
Pas op mijn 21e ging ik het gevecht met mijn eetstoornis aan. Ik ben door mijn eetstoornis veel vriendinnen kwijtgeraakt. Als een vriendin vroeg hoe het ging met therapie, dan antwoordde ik dat het wel ‘lastig’ was om te herstellen, maar dat ik al wel stappen had gezet. Het ging nog niet goed, maar wel beter. Ik was bang om opnieuw in de steek te worden gelaten als ik iets ‘negatiefs’ zou zeggen. Of als ik te veel over mijn eetstoornis zou praten. Dus hield ik het liever voor mezelf. Hoe langer ik in herstel was, hoe meer ik wilde bewijzen dat het beter met mij ging. Ik was niet eerlijk. In de tussentijd kwamen er in therapie traumatische gebeurtenissen uit mijn jeugd naar voren. En precies daarvoor had ik mijn eetstoornis zó hard nodig. Ik wilde de pijn uit mijn verleden niet voelen. Mijn eetstoornis kreeg weer ruimte. Ik wilde terugvallen. Het ging niet goed.
Het mocht er niet over gaan dat het nog steeds zo slecht met mij ging, dat ik nog steeds zo vastzat in mijn eetstoornis, dat ik soms liever niet meer wilde leven. Wat zouden ze wel niet van me denken? Ik zit al zo lang in therapie, nu moet het toch een keer goed met mij gaan? Ik durfde niet eerlijk te zijn. Ik zat vast in mijn eigen act. Waar ik groepsgenootjes aanmoedigde om stappen vooruit te zetten, was ikzelf stappen achteruit aan het doen. Hoe meer ik in mijn act verdronk, hoe sterker het gevoel werd dat ik niet kon herstellen. Bang dat ik de tijd verdeed van mijn behandelaren en omgeving. Bang dat ik therapie niet verdiende als ik geen stappen vooruit kon zetten. Het voelde alsof ik tegen een muur aan was gelopen die nooit zou breken.
Mijn act was een tikkende tijdbom. Ik ben gebroken. Ik ben kwetsbaar. Het stormt nog steeds in mijn hoofd. Ik ben nog niet waar ik moet zijn en dat is oké. Door eerlijk te zijn kan ik weer verder. Door te doen alsof het goed met je gaat houd je de relatie met je eetstoornis in stand. De eetstoornis voedt zich met jouw leugens. Als iedereen denkt dat het goed met je gaat kun jij hetzelfde destructieve pad blijven bewandelen zonder dat iemand tussen jou en je eetstoornis in komt. Dit is mijn uitnodiging om samen met mij van dat pad af te stappen en eerlijk te zijn naar je omgeving en/of je behandelaren. Zet je masker af. Het is oké als het niet goed met je gaat. Ook als je al langer in therapie zit. Het is oké om je ziek te melden. Het is oké als je niet iedere dag stappen vooruit kan zetten. Herstel is geen rechte lijn. Het mag slecht gaan. Wees niet bang om eerlijk te zijn. Geef jezelf de kans om te herstellen.
Vecht je met mij mee?
Liefs, Julia
Geef een reactie